(reclame)

 

2023

HOPPIN' AROUND VORSELAAR
Vorselaar (B), 5 augustus 2023

Verslag: Frantic Franky en Frans van Dongen
Foto's: Debbie van Dongen en Frantic Franky

Het onvoorspelbare zomerweer kan de doodsteek zijn voor een openluchtfestival, en dat was ten dele het geval voor Hoppin' Around Vorselaar, een sympathieke bedoening in - u had het geraden - Vorselaar, ergens halfweg tussen Kuttekove en Nieverans. Hoppin' Around Vorselaar is gratis en moet het dus helemaal hebben van de drankverkoop, en stortregen betekent helaas veel minder bezoekers dan verhoopt. Ook de eigenaars van oldtimers haakten af, want ik telde op de parking slechts een tiental oude karossen.

Een wandeling langs de stands en kramen was evenmin een pretje in de regen, en die kramen, euh, kraamden dan ook al snel op. Toch had het voorspelde noodweer één voordeel. Het festival met vier bands zou normaliter doorgaan in openlucht, maar de organisatie had in allerijl in laatste instantie een tent gehuurd, en door de regen blééf iedereen ook in die tent hangen, wat de gezelligheid enkel ten goede kwam. Wat de gezelligheid nog meer ten goede kwam was de neringdoenerij met Jupiler in flesjes en rechtstreeks van de tap in de juiste, mooie retro glazen geschonken het goddelijke Seefbier 6,5 % (goud in de categorie Belgisch-Franse stijl speciaalbier op de World Beer Cup 2023 in Nashville waaraan 10.213 bieren uit 51 landen deelnamen), de Blonde Miss T. Lucie 8 % (goud op de European Beer Challenge 2023 in Londen), de nieuwe Radio Minerva 7 % tripel (eveneens goud op de European Beer Challenge 2023 in Londen) en de hoppige Cadix 5,6 % van lage gisting. We hebben ze allemaal uitvoerig getest: die Cadix was niet te drinken, de drie andere waren véél te lekker en zijn goedgekeurd.

Zij trotseerden het rotweer...

Vier bands op de affiche die werd geopend door Los Moustros, één van de vele Mexicaanse bands die de laatste jaren door slimme organisatoren worden overgevlogen om hier op zo kort mogelijke tijd zoveel mogelijk caféetjes af te dweilen. Dat zijn vaak niet de topbands, maar jonge groepjes voor wie dat touren in Europa één groot avontuur en feest is, al blijken Los Moustros die in Mexico blijkbaar ook bekend staan als Los Moustros Del Espacio Exterior al te bestaan sinds 2006. Ze speelden onder leiding van een enthousiaste en beweeglijke zanger een voornamelijk in het Spaans uitgevoerde set van voornamelijk covers als Dynamite (Cliff Richard), Johnny B. Goode, Hound Dog, Great Balls Of Fire, een supersnelle twistversie van Wipe Out In een medley met Woolly Bully (Bule Bule!), Lucille en Love Potion # 9 (Pocima De Amor!), met tussen de "hits" door ook een paar eigen nummers als Lobo Loco oftewel Crazy Wolf. Songs in het Engels waren onder meer Whole Lotta Shakin' Going On en Ready Teddy. Opvallend: ze brachten ook een aantal jaren '60 (Gloria van Them, Land Of A Thousand Dances) en uptempo soul nummers (Hold On I'm Coming van Sam & Dave, I Can't Help Myself (Sugar Pie Honey Bunch) van The Four Tops), waardoor de groep met gitaar, basgitaar, drums en sax mij overkwam als een fratgroep zoals die begin jaren '60 moet hebben geklonken in een garage in California. Dit was leuk en plezant en al wat je maar wil, maar niet echt goed, het soort bal populaire band dat ik zie en vergeet, ook al omdat ik me niet geroepen voel er een CD van te kopen. En al had ik dat gewild, ik zag er geen liggen, alleen T-shirts en tote bags en stickers en pins en andere merch. Op Discogs en Bandcamp staan nochtans verschillende releases van hen, en als je van begin jaren '60 rock 'n' roll pop houdt klinken die zelfs beter dan wat ik hier vandaag hoorde. Misschien hadden ze alle geluidsdragers die ze hadden meegebracht al uitverkocht? En weg waren ze, alweer op weg naar het volgende optreden.


Los Moustros

Nee, dan Moonshine Reunion, inmiddels meer dan 15 jaar on the road en duidelijk lokale helden. Iedereen kent hen, ook al van de andere bands waarin ze spelen en speelden, iedereen kent hun songs van hun diverse releases, en ze komen sympathiek over door de eeuwig jongensachtige charme en good looks van frontman en contrabassist Clark Kenis. Sinds de inlijving van Peddlin' Pete alias Piet Vercauteren van onder meer Big Time Bossmen en Patsy's Flying Pitchfork krijg je twee leadgitaren die tegen elkaar op soleren en elke solo alles geven. Met het luie Something You Got, het twangy Moonshine, het Tony Joe White-achtige Own Me, hun eigen cash-abilly All Alone en de soulvolle vinyl single Keep On Askin' werd dit een feest van de herkenning met voor de slechte verstaanders een paar choice covers als I'm On Fire van Jerry Lee Lewis, On The Rebound van Charlie Rich en de meezinger Dirty Old Town. Gevarieerde tempo’s, occasionele backing vocals: Moonshine Reunion kwam, zag en overwon, en won er waarschijnlijk nog wat fans bij.


Moonshine Reunion

Tornado Beat uit Amsterdam, de band die de geschiedenis zal ingaan als de eerste Nederlandse band op het Amerikaanse cultlabel Wild Records, is een goeie band - wat zeg ik, een uitstekende band - maar slaagde er vandaag niet in de vonk te doen overspringen, zelfs niet toen zangeres Kim Steer van Pinxteren in één nummer van het podium stapte om te jiven met iemand uit het publiek. Dat had mijns inziens verschillende redenen. Kim heeft een sphinx-achtige mysterieuze uitstraling die enige afstand schept met het publiek, publiek dat hier in Vorselaar voor een flink stuk uit de lokale niet-rock 'n' roll bevolking bestond, waardoor behalve de aanwezige rockabillies niemand de band kende. Bovendien speelt Tornado Beat enkel eigen songs (één uitzondering: Tough Lover van Etta James) en mensen horen nu eenmaal graag liedjes die ze kennen, een dilemma waar elke groep mee worstelt. Ze hebben nog géén CD uit, enkel die vinyl single op Wild Records, wat de herkenbaarheid en daarmee ook de inleving door het publiek extra moeilijk maakt. Jammer, want songs als het exotische Spell On You, de mambo ritmes van It's Your Loss en de urgente vibe van Booze Bop verdienden beter! Nummers als de instrumentale opener Tornado Beat, Ain't Worth A Dime en Long Lean Legs hadden een desperate jaren '90 feel, op andere momenten ging de sound soms richting Seatsniffers, er zat een nummer met een ska ritme tussen, en beide kanten van die Wild single, He's A Wolf en de stroll Don't Take It Too Far, ontbraken niet, maar helaas waren het hier en nu in Vorselaar een beetje parels voor de zwijnen, en dat geheel ten onrechte. Hun set eindigde toen Kim uit haar jurk scheurde!


Tornado Beat

De Mexicanen van Los Moustros traden eerder die middag al op wat meteen inhield dat deze échte Mexicanen min of meer in het voorprogramma van de pseudo-Mexicanen Los Fabulous Frankies stonden. Jawel, ze heten allemaal Franky, zelfs Koen. Pakweg 30 jaar geleden timmerden ze al vrolijk en enthousiast aan de weg wat hen vele optredens bracht, heus niet alleen in België, wat hen ook een CD release op het Duitse Part Records opleverde. Het was al weer drie jaar geleden dat het laatste reünieconcert van de Vlamingen plaatsvond en logisch dat de band nu optrad in de streek waar ze nog immer een schare fans hebben.


Los Fabulous Frankies

De set werd geopend met Mean Little Mama met… euh… Franky’s aankondiging dat ze dat nummer nu bijna foutloos konden spelen. Grappig bedoeld natuurlijk, anders zou het valse bescheidenheid zijn! De kern van de band bestaat tenslotte grotendeels uit bekwame muzikanten van voornamelijk Moonshine Reunion. En zo ging het feest los, want een fiesta was het! De guitige streken van de toen nog jeugdige sombrerodragers bleken ook nu nog te werken om de doodeenvoudige reden dat het voor hen geen regelmatige kost is. De lol blijft er zo inzitten. Hun sound doet me zo nu en dan denken aan The Planet Rockers want ze spelen het nummer Come On van Wynn Stewart uit 1958 niet voor niets zo strak en covers als Marie Marie en Cotton Pickin’ (een bewerking van What'd I Say van Ray Charles) kregen een soortgelijke drive mee. Naast deze recht-toe-recht-aan rockers vormden vrolijke klassiekers de basis van het repertoire, zoals het aanstekelijke Ain’t Got No Home (met de knappe, grappige basstem van Franky Del Rio) of de songs met – hoe kan het ook anders – Mexicaanse inslag, zoals Cielito Lindo.

--
Klik op de afbeeldingen voor twee clipjes...

Ook de dames Los Frankettes waren weer, om het visuele aspect aan te dikken, van de partij, evenals de waterpistolen met tequila die we in onze dorstige monden gespoten kregen. Wat bijna geen enkele rock ‘n’ roll band zo goed voor elkaar krijgt is dat er continu iets te zien is op het podium, of zelfs vóór het podium zoals ze het publiek traditioneel de limbo lieten dansen. Eerlijk gezegd hoefde dit niet voor mij, want de song heb ik nooit bijzonder gevonden en het limbodansen vond ik wat langdradig. Dat lag dus aan mij, want het publiek kregen ze hiermee zeker mee. De ska-uitvoering van het Bruce Springsteennummer I’m On Fire klonk weer super dansbaar en de afsluiter was uiteraard Speedy Gonzales: ooit een nummer van Pat Boone als een hoogtepunt beleefd? Gelukkig mocht de band nog opdraven voor een heuse toegift en dit werd Higher (gebaseerd op de uitbundige versie van Sonny Burgess) waarop het publiek weer mee kon doen. En zo eindigde de avond inderdaad op een hoogtepunt!

ALONG COMES MARY
Deurne (B), 4 augustus 2023

Verslag en foto's: Frantic Franky

Het voordeel van de zomer is dat je heel veel festivalletjes, buurtfeesten, parkconcerten, pensenkermissen en dies meer kan bezoeken om gratis live muziek mee te pikken, een handige manier om nieuwe dingen te ontdekken, kennis te maken met nieuwe bands of die kennismaking te hernieuwen. Dat laatste was het geval met Along Comes Mary, enkele jaren terug een keertje gezien bij Radio Modern maar daarna uit het oog verloren, ook al omdat ze niets uit hebben. Vandaag speelden ze in Deurne bij Antwerpen in het Openluchttheater OLT van het Rivierenhof, een park dat dit jaar zijn honderdste verjaardag viert. Dat openluchttheater zelf in de vorm van een half amfitheater stamt recht uit 1953 en is opgetrokken in de strakke architectuur in blanke steen voorzien van de die tijdspanne definiërende stalinistische standbeelden. Vroeger was het zelfs nog iets mooier in de vorm van de halve vijver voor het podium, maar die werd enkele jaren geleden gedempt om plaats te maken voor een dansvloer, omdat het publiek bij optredens nogal eens die vijver als dansvloer gebruikte. De hele zomer lang vinden er in dat mooie door groen omringde kader tijdens het vallen van de avond betalende optredens plaats van grote rock- en popnamen, op de vrijdagavond zijn die optredens gratis, en sinds een paar jaar werd daar op de vrijdagnamiddag ook een gratis seniorenmatinee aan toegevoegd. En de clou is natuurlijk dat ik meer mijn muzikale gading vind op die seniorenmatinees dan bij de reguliere concerten. We worden oud, concludeerde hij met een zucht...

Gratis trekt altijd veel volk maar er waren toch minder aanwezigen dan een weekje eerder toen er een crooner tribute aan The Rat Pack plaatsvond. Ik arriveerde slechts een kwartiertje voor aanvang en posteer mezelf normaliter strategisch op het snijpunt van de optimale geluidskwaliteit en de maximale drankcapaciteit, maar er was nog een plaatsje vrij op de eerste rij waar ik enkele bekenden had opgemerkt. Het voordeel van die eerste rij is natuurlijk ook dat je na afloop sneller weg bent, en als het slecht is zelfs als eerste, hahaha. De betonnen zitbanken van het OLT zijn in de loop der jaren vervangen, maar de harde leuningen blijven je rug radbraken. Volgende keer een kussentje meebrengen. Ook weer de ouderdom, zeker? Ter opwarming kwamen door de geluidsinstallatie Eddie Cochran (C'Mon Everybody), Ritchie Valens (Come On Let's Go) en zelfs Albert Lee & Hogan's Heroes (Back In The USA) voorbijwaaien, doch op zeer laag volume, alsof de muziek het geroezemoes niet mocht overstemmen. Geen hond die erom maalde want dra was het tijd voor Along Comes Mary.

Vestimentair ziet de band bestaande uit contrabas, gitaar, sax en drums, vandaag versterkt met extra percussie en bongos door niemand minder dan Cesar Zuiderwijk van Golden Earring - Along Comes Mary gitarist Fabio Canini zit samen met Zuiderwijk in een classic rock band genaamd Sloper, vandaar) er niet uit. Strak in het pak hoeft niet per sé maar allemaal hetzelfde hemdje vind ik toch een minimum, al was dat snel vergeten toen zangeres Marijke Hulsmans opkwam, want vanaf dat moment waren alle ogen enkel en alleen nog op haar gericht. De blondine zag er dan ook uit als een snoepje in haar rood bloesje en een rode minishort waarin de langste benen staken die ik in tijden heb gezien, en ik heb in mijn leven al veel lange benen gezien.

Ze staken van wal met een jazzy bluesy Minnie The Moocher, Hit That Jive Jack en een relax Stupid Cupid dat naadloos overging in Slow Twistin' dat Marijke zong in duet met gitarist Fabio Canini. Let's Twist Again kreeg door de bongos een mambo jasje, en See You Later Alligator werd zo traag gespeeld dat het bijna ska werd, een medley vormend met Hello Josephine dat door de gitaar een bluesy ondertoon meekreeg. Het arrangement van Bang Bang van Nancy Sinatra was erg knap en het publiek mocht de bang bang's roepen, maar de percussie solo was misschien overbodig en het nummer in zijn geheel te lang uitgesponnen. Er was ook een mooi uptempo pizzicato Bei Mir Bist Du Schon. Brenda Lee passeerde middels Sweet Nothin's, en in no time daalde Marijke van het podium af om te gaan dansen tussen het publiek, wat de sfeer en de temperatuur nog een paar graden deed stijgen. Ze klom op de barricaden tijdens publiekstrekkers als Do You Love Me van The Contours en Shout dat op gang werd getrokken met de langste "wèèlllll" ooit, dit alles ook weer rink aaneen met een trage Twist And Shout inclusief mambostuk. Tequila dat diende om de bandleden voor te stellen kreeg eveneens een mambo toets. Het feest der herkenning eindigde verrassend met Got My Mojo Working, een voorspelbaar Whole Lotta Shakin' Going On, en toch weer onverwachter Train Kept A Rollin'. De bissen waren These Boots Are Made For Walking op akoestische gitaar en een niet onverwacht Great Balls Of Fire.

Het geheel was professioneel uitgevoerd en klonk heel Happy Days-achtig, zal ik maar zeggen, en is daardoor uitermate geschikt voor een algemeen publiek zoals vandaag, of inderdaad voor openbare Radio Modern feesten. Marijke Hulsmans is het zonnetje in huis die door haar enthousiasme, haar gezellige Limburgse tongval en haar goede communicatieskills de perfecte gastvrouw van deze band is. Het zou me niet verbazen als je in het woordenboek de term spring in't veld opzoekt en haar foto verschijnt. Along Comes Mary bestaat inmiddels 15 jaar en viert dat met een grote show op vrijdag 15 september in CC Muze te Heusden-Zolder. Info: www.alongcomesmary.com


TURNHOUT ROYALE
Turnhout (B), 21 juli 2023

Verslag en foto's: Frantic Franky; video: Raymond "Monne" Van Genechten

Het gratis stadsfestival Turnhout Royale op de Belgische nationale feestdag vond dit jaar voor het eerst niet plaats op zijn vertrouwde stekkie op de Grote Markt maar verhuisde naar het Warandeplein naast de Kuub, de concertzaal waar de Turnhout Rootsnight plaatsvindt. De Corsendonk Pater Dubbel en Corsendonk Agnus Tripel geschonken in een echt glas waren gelukkig gebleven. De nieuwe locatie bood een aantal voordelen: op de achtergrond of beter gezegd in de rug het na de eerste wereldoorlog gerestaureerd kasteel van de hertogen van Brabant waar tegenwoordig de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen is gehuisvest, meer groen, en compacter, want vandaag absoluut een plus was. Openluchtfestivals hebben immers één nadeel: je bent nooit zeker van het weer. De mooie zomer leek alweer voorbij en het regenseizoen aangebroken, wat twijfelaars die een eind moeten bollen doet afhaken, en zeker de mensen die willen afkomen met een oldtimer denken drie keer na voor ze die van stal halen. Dat was te zien: waar andere jaren de Grote Markt bijna half vol stond met mooie bolides doken er dit jaar amper een vijftiental op. De hele rit naar Turnhout goot het pijpenstelen, maar eens ter plaatse brak het wolkendek open en bleven de weersgoden organisator Peter Van Der Flaes die al dertig jaar lang rock 'n' roll evenementen organiseert in Turnhout en in de benaming daarvan altijd de naam Turnhout gebruikte (Turnhout Rootsnight, Rockin' Around Turnhout) de hele dag gunstig gezind.


Eén van de bolides die toch aanwezig was, netjes geparkeerd voor het nog oudere kasteel...

Vijf bands op de mooie affiche en het feest werd op gang getrokken door terug van te lang weggeweest The Taildraggers uit Nederland. Pascal Snijders (zang, akoestische gitaar), Tiny Lathouwers (gitaar), Peter Dekker (contrabas, hij zong het diepe Highway Patrol van Red Simpson, opnieuw de bekendheid ingebracht door Junior Brown) en John van Houtum (drums) gaven na acht jaar afwezigheid een lekker ouderwetse set met naast rockabilly classics als Ain't A Bump In The Road (Roy Hogsed) en I've Had Enough (Jerry Reed), recenter materiaal als Long Time In The Ground (Carl Sonny Leyland, tevens gedaan door Deke Dickerson) en plaats voor Elvis (zo kennen we Pascal Snijders) middels nummers als Dixieland Rock, Dirty Dirty Feeling en It's A Wonderful Life, ook de titeltrack van een van hun albums, Hot Rod Suit. Het goede nieuws: The Taildraggers, opgericht begin jaren 2000, hebben nog niets van hun pluimen verloren. Het nog betere nieuws: dit jaar duiken ze opnieuw de studio in! We hopen dat er dan opnieuw veel optredens mogen volgen.



The Taildraggers: Pascal Snijders (zang/slaggitaar), Peter Dekker (contrabas), Tiny Lathouwers (sologitaar)
en John van Houtum (drums)

Emma Mattucci bracht twee jaar terug haar debuut-CD uit op het Britse label CJRO en speelde sindsdien alle Europese festivals plat. De dochter van Be-Bop's gitarist Mario Mattucci heeft het rocken van geen vreemden en bewees haar, euh, mannetje te staan op zowel zang, akoestische gitaar als aan de piano, begeleid door papa Mario op gitaar, Gabriel "Gaby El" Greco op contrabas en Pascal Lunari van Wild Deuces op drums. De setlist bestond voor de meerderheid uit niet voor de hand liggende female rockers van Brenda Lee (Here Comes That Feeling), The Collins Kids (Shortenin' Bread), Wynona Carr (Till The Well Runs Dry), Connie Smith (I'll Be There) en Helen Shapiro (I Don't Care) waarvan er een aantal hun weg vonden naar die debuut-CD, ik denk aan Datin' van Sunshine Ruby, One More Year To Go van Janis Martin en de prachtige sixties country swinger Lookout Heart van Coy Jackson. Tussendoor passeerden rockers van Neil Sedaka (You Gotta Learn Your Rhythm 'n' Blues), Carl Perkins (het bijna sixties Lonely Heart), Jerry Lee Lewis (As long As I Live), Joe Melson (Oh Yeah), Sid King (Sad Drag And Fall) en Ronnie Dawson (Action Packed, I Make The Love). En dáártussen staken dan weer The Way We Jive en Mind And Heart, de titeltrack van die CD (inmiddels ook uit op vinyl), twee songs van de hand van Mario Mattucci die je, de ogen half toegeknepen, naast Emma ziet staan glunderen van trots. Terecht!


Emma Mattucci met haar band en organisator Peter Van Der Flaes (geheel rechts)

The Rhumba Kings zijn het trio van de Britse contrabassist Mark Sprex, lang geleden in België aan een lief blijven hangen en nooit meer teruggekeerd naar het Verenigd Koninkrijk, behalve op vakantie. Telkens ik The Rhumba Kings zie bestaan ze uit andere muzikanten, maar in gitarist Steve Ceulemans en rechtstaand drummer Kurt Liekens (terug bij de band na vier jaar afwezigheid) heeft Sprex zeker zijn gelijken gevonden. Ze openden met een uptempo uitvoering van het instrumentale thema van de film The Godfather en trakteerden ons op een potje powerbilly met Blitzkrieg Bop van The Ramones, een lang uitgesponnen Let's Roll (Rockin' Down The Railroad) van Sid King, en enkele songs van hun debuut CD Bad World Big Shot uit 2007 zoals Louisville, Baby's Gone, Been So Long, The Way It Is en titelnummer Bad World Big Shot, CD die tot mijn verbazing hun enige CD blijkt: alle andere CD’s van Mark Sprex zijn nevenprojecten! Deze winter zouden The Rhumba Kings evenwel opnieuw de studio intrekken... zestien jaar na hun debuut!


The Rhumba KIngs

Is er op een rock 'n' roll festival plaats voor de blues? Ja, op voorwaarde dat die voortgebracht wordt door Doghouse Sam & his Magnatones, ook een trio en net als The Taildraggers een band die terug is van even weggeweest. Wouter Celis (zang, gitaar en mondharmonica), drummer Franky Gomez en nieuwkomer en Nederlander Martin Ubaghs (CC Jerome, Bellhops) op contrabas maakten er met nummers uit hun drie albums als Roll Up My Sleeves, Let's Get It On, Lots To Do And Little Time, Buttoned Up, Knock Knock, Fine Ain't Good Enough en Dog Fever een spannende set boogie bluesrock 'n' roll van inclusief John Lee Hooker en een luilekker akoestisch onderonsje met Ubaghs op ukelele, Celis op mondharmonica en Gomez op lepels. Franky Gomez demonstreerde dan weer dat ie op zijn eentje een hele New Orleans fanfare kan spelen. Komt dat zien en komt dat horen, want ze gaan na vijf jaar weldra opnieuw de studio in.


Doghouse Sam

Afsluiters waren The Nite Howlers onder leiding van Oliver Laporte die om de paar jaar een nieuwe band bedenkt en in het verleden mooi werk afleverde met Roy Thompson & the Mellow Kings, Roy Thompson & his Royal Acadians en The Wild Goners. The Nite Howlers zijn officieel een Franse band maar bestonden vanavond voor 3/4de uit Spanjaarden met op drums Jesus Lopez van onder meer El Perro Blanco en Roy Dee & the Spitfires, op contrabas Pepe Lee van onder meer Pike Cavalero, The Sun Rockets en Charlie Hightone & the Rock It's en op gitaar Lega Juan alias El Lega alias Legacaster, de gitarist van onder meer Los Torontos. De eerste twee hebben al vaker met Laporte in The Nite Howlers gespeeld, die laatste was een verrassing wegens een vervanging die zo snel diende te gebeuren dat ze zelfs niet samen hadden kunnen repeteren. Het pleit voor Juan's kunnen dat dat er niet aan te horen viel.



The Nite Howlers met uitgelicht op de foto El Lega (links) en Olivier Laporte (rechts)

Met Seven Dates A Week, Cold Cold Woman, She's Gone van Laporte's grote idool Charlie Feathers, Corona Bop en Lucky Little Old Me speelden ze vijf van de zes kantjes van hun drie vinyl singles, aangevuld met een niet aflatende rockabilly set waarvan ik nauwelijks iets kende, uitgezonderd Doing Alright van Eddie Cash, Lonely Heart van Carl Perkins dat ook Emma Mattucci eerder op de dag zong en Come Back Judy dat ik alleen ken van The Playboys maar naar ik aanneem ouder is. Ik ga er van uit dat de rest vooral eigen materiaal was, of obscuur coverwerk. Wat het ook was, het was goed. Wat zeg ik? Het was uitstekend! Voor wanneer de CD?

Zoals het cliché dan luidt: de afwezigen hadden ongelijk, en na een laatste Corsendonk Pater begaven wij ons huiswaarts terwijl de plaatjes van België's number one DJ Rudy in onze oren weergalmden, plaatjes die hij intussen heeft verzameld op een dubbel LP voor het Duitse label Stag-O-Lee, maar daarover leest u dan weer alles in onze recensies.


Op de foto met DJ Rudy!

SJOCK FESTIVAL
Gierle (B), 7 t/m 9 juli 2023

Verslag en foto's: Frantic Franky

Is Sjock (het oudste nog bestaande onafhankelijke festival van België (Sjock ontstond 47 jaar geleden in 1976 met acht bands op de affiche en is intussen uitgegroeid tot een festival met 45 bands op drie podia) nog steeds "your rock 'n' roll highlight of the year" zoals ze zichzelf aanprijzen? Voor rockabilly puristen ongetwijfeld niet langer, maar voor rockers, psychobillies, hillbillies, punkers en garagerockers met vetkuiven, cowboyhoeden en tattoos blijft het een uniek evenement, want de formule van een groot rock-, punk- en garagepodium waarop alternatieve bands spelen in combinatie met een kleiner podium voor rock 'n' roll en aanverwanten werkt wel degelijk in de anders zo stille Kempen.


Cowboy Franky met Bob Wayne (l) en Jesse Daniel (r)

Meteen de beuk erin daar in Gierle met het zootje Amerikaans ongeregeld genaamd Bob Wayne & the Outlaw Carnies. Spread My Ashes On The Highway, Truckin' For Jesus, Hell Yeah en het door contrabassist Dan Infecto gezongen Psycho Trucker: Bob Wayne was even enthousiast, wild en luidruchtig als immer, maar ik kreeg toch het gevoel dat ie vanavond meer balorkest als punk was. Een primeur voor Sjock was het allereerste optreden op Europese bodem van de Amerikaan Jesse Daniel. Daniel, inclusief foute seventies snor, wordt beschouwd als de nieuwe hoop van de country, en dan hebben we het wel degelijk over de traditionele country met Stetson. Vóór Sjock kende bijna niemand hem, ingewijden tipten hem al een tijdje dankzij zijn CD’s, en vanavond heeft ie met songs als Hell Bent, Rollin' On, Big Fish en Clayton Was A Cowboy, gezongen met een echte ouderwets traditionele country stem en met zijn lief Jodi Lyford op backing vocals, volgens mij heel veel fans bijgewonnen. Hun gitarist maakte zich dan weer sympathiek door te gaan crowdsurfen, en Daniel zelf was naast het podium bescheiden en vriendelijk. Muzikaal was ie zo goed dat hij wat mij betreft beter was dan Dale Watson, hier en nu niet met zijn gepatenteerde intussen zilveren kuif doch met cowboyhoed en zonnebril. Ik heb de Texaan die op twintig 20 jaar dertig CD’s uitbracht in de loop van die jaren verschillende keren zien optreden, maar die optredens vallen soms wat tegen door te veel trage nummers en te veel gemompel in plaats van zingen. Dat viel vanavond goed mee want Watson, net als Jesse Daniel voorzien van steel gitaar, trok de uptempo kaart met tussendoor vaste waarden als Truckin' Man, Nashville Rash, Pretty Eyed Lady, I Lie When I Drink en zelfs Johnny Cash's meezinger Ring Of Fire.


Cowboy Franky met Dale Watson (l) en Jesse Daniel (r)

Geen Legendary Shack Shakers (USA) als afsluiter vanavond wegens een noodgeval in de familie, en in allerijl werden de vier zingende langharige baardmensen van Moonshine Wagon uit Spaans Baskenland met akoestische gitaar, fiddle, mandoline, banjo en bazouki opgetrommeld. Hun geluidsman had moeite het mengpaneel onder de knie te krijgen (alle medewerking van de vaste geluidsman van Sjock weigeren helpt in deze uiteraard niet) maar toen die klus eenmaal geklaard was bleken songs als It's So Slow en Binge Drinking me niet te kunnen boeien waardoor ik het zelf maar op een drinken zette.

Dat weerhield me er niet van zaterdagmiddag om 12u30 fris en monter paraat te staan voor Truck Stop Cutie, de nieuwe Vlaamse band bestaande uit rockabilly roots veteranen Wim Geysels (zang, contrabas), Wan De Brabander (gitaar), Steven Hollanders (gitaar) en Koen Verbeek (drums, backing vocals) die wordt voortgestuwd door de opgewekte steel van Geysels' mede-ex-Belle Starr & the Boot Jacks collega Bouke Cools die zijn steel afwisselde met banjo. Tussen hun covers van Georgia On A Fast Train, Drivin' My Life Away, een rockend There's A Guy Works Down The Chips Shop Swears He's Elvis en Mama Don't Let Your Sons Grow Up To Be Cowboys staken ook een paar nummertjes van eigen hand. Hun petten en hun debuutsingle Vintage Trouble (recensie: binnenkort!) verkochten na afloop als zoete broodjes en alle kleine en grote kindjes kregen een zelfklever. Bandje om in de spreekwoordelijke gaten te houden!


Lovesick Duo als kwartet!

Lovesick Duo uit Bologna (I) speelde de laatste jaren op zowat elk festival, wat je niet alleen kan verklaren doordat Paolo Roberto Pianezza (elektrische gitaar, akoestische gitaar en lap steel - veel steel gitaar op Sjock dit jaar, waar we alleen maar blij om kunnen zijn) en Francesca Alinovi (contrabas) een duo en dus goedkoper dan een volle band zijn. Nee, ze zijn gewoon goed - wat zeg ik, héél goed - met de vakkundige beheersing van hun instrumenten en de frisse arrangementen van hun veelal eigen nummers. Tegenwoordig hebben ze die duo formule aangevuld met een derde wiel aan de wagen, Alessandro Cosentino op viool. Black And White Light is bluesbop met slide én viool, en nog meer mooi werk waren Lovesick Boogie op lap steel, Until I'm Done, het melodieuze You And I en het nieuwe Remember My Name, wat u inderdaad beter doet als u ze nog niet zou kennen want deze Italiaanders kunnen écht spelen, een zeldzaamheid de dag van heden in rock 'n' roll land.


Jimmy Dale (l) en uw dienaar

Surfmeister Dick Dale heeft nooit op Sjock gespeeld, maar vandaag kwamen we daar zo dicht als mogelijk bij toen zijn vlees en bloed in de persoon van zijn zoon Jimmy Dale, deze zomer voor het eerst te gast in Europa, het podium betrad. Op de foto’s met zijn pa zie je hem als kind en tiener, intussen is ie 31 jaar en heeft ie meer haar aan zijn kin hangen dan op zijn hoofd. Tel daar de 66 jaar van drummer Dusty Watson en de 75 jaar van basgitarist Ron Eglit bij die beide nog bij Dick Dale zelf speelden en je hebt heel wat rock 'n' roll ervaring. Titels van instrumentals onthouden is niet mijn sterkste kant, maar ik herkende The Wedge en Shake And Stomp, plus niet-Dick Dale nummers ook opgenomen en gespeeld door Dick Dale als Rumble, Hey Bo Diddley en The House Of The Rising Sun, meegezongen door een volle tent: Jimmy Dale speelde niet alleen even goed als zijn vader, hij kon ook even goed het publiek bespelen en kende alle truken van de foor zoals mee gaan drummen en met trommelstokjes een stukje basgitaar spelen. Ik wist niet wat ik kon verwachten, maar Jimmy bleek enkel en alleen Dick Dale nummers te spelen. Er zat één eigen nummer in de set getiteld The Oath, en het hoogtepunt was uiteraard Misirlou. Off stage beantwoordde hij geduldig mijn vragen over zijn vader, vragen die hem ongetwijfeld al ontelbare keren gesteld zijn, waarbij ik het het gevoel kreeg dat ie op een dubbele manier omgaat met de erfenis die hij moet dragen en dat hij het niet gemakkelijk heeft in de schaduw van de grote Dick Dale. Dusty Watson vertelde me dan weer dat hij achter zijn drumstel zo opgaat in zijn spelen dat ie soms zijn ogen opentrekt en verbaasd ziet dat het niet Dick Dale zelf is die daar staat te spelen. Ik kan Dusty in deze enkel bijtreden.


De schone en het beest: Boppin' Around op de foto met La Perra Blanco (r)

Attitude is alles: Alba Blanco, de van gigantisch opgestoken dreadlocks voorziene frontvrouw, gitariste en zangeres van het Spaanse trio La Perra Blanco, kwam al pickend op met een sigaret in haar kweek en lanceerde met haar vaste begeleiders Guillermo González (contrabas) en Jesús López (drums) een rij wilde nummers die meer riffs dan songs waren. Songs als It's Fun But It's Wrong van haar enige LP Bop & Shake uit 2019 en recenter single werk als What Is Wrong With You en Won't You Come On zijn opwindend, zeer zeker, maar voor de niet-ingewijden wellicht meer iets om live te ervaren als op geluidsdrager. De hyperkinetische Spaanse furie, niet meer gezien in Vlaanderen sinds de zestiende eeuw, maakte dan ook een geweldige beurt.


Mouse in actie bij Red Hot 'n' Blue

Niet mijn meug: de Belgische trance blues van The Boogie Beasts met op mondharmonica Fabian Bennardo, in een vorig leven Lord Benardo van Stinky Lou & the Goon Mat en The Goon Mat & Lord Benardo. Waarna het tijd was voor Red Hot 'n' Blue, de band van Michael Zihni die in de jaren '80 nog bekend stond als Mouse Zinn en met Red Hot 'n' Blue een nieuwe wind door de Britse rockabilly scene liet waaien alsmede het stagediven introduceerde in de rockabilly. Officieel bestaat Red Hot 'n' Blue bestaat niet meer als actieve band, maar u weet hoe dat gaat: maak één rockabilly CD en je kan er je leven lang carrière op bouwen. Red Hot 'n' Blue maakte meer dan één goed album en alle fan favorieten als Little Girl From Memphis, Baby You've Been To School, Hey There Man, Get Back On That Train en Move Baby Move passeerden de revue, voortgedreven door de immer olijke Ashley Kingman's priemende gitaar. De groepsbezetting van die reünie optredens durft nogal eens verschillen, maar Kingman, hoewel niet de originele gitarist, mag beschouwd worden als de echte gitarist van Red Hot 'n' Blue wegens het langst bij de band gespeeld. Minder evident was de aanwezigheid van originele saxofonist Kevin Ellis, in 1985 een van de twee toeteraars op hun debuut LP Wait 'n' See. Jawel, straks bestaan ze 40 jaar. We worden oud... Tot zover de originele groepsleden, aangevuld met Pat Reyford alias Sugar Ray Ford op contrabas en Ricky McCann (Playboys, Big Sandy) op drums, met als speciale gast Fabian Bennardo van The Boogie Beasts op mondharmonica, een goeie zet van Mouse, in de bluesbop nummers als hun Bo Diddley Medley. Hoogtepunten waren uiteraard de clubhits Jumpin' Around en Sure Like The Look In Your Eyes, gemixt met een handvol rockabilly classics als Pat Cupp's I Guess It's Meant That Way. Sugar Ray Ford mocht Good Golly Miss Molly zingen en heeft daarvoor de gepaste bluesrock stem. Yep, na al die jaren is Red Hot 'n' Blue geen afzuip maar nog steeds pittige rockabilly, vanavond met smeuïge sax. Een terechte afsluiter voor de zaterdag!


Sugar Ray Ford!

Sjock is een uitputtingsslag, maar op zondagmiddag stonden we om 13 uur alweer spoorslags klaar voor het Zweedse kwartet Honeyboy Slim & The Bad Habits bestaande uit een blootvoetse drummer die eruit zag als een hippe jeugdleider op zijn retour, een stoner op gitaar en twee halve rockabillies. Opener Rockin' The Joint was te cliché maar dat maakten ze snel goed met nummers als I'm Moving On, Night Fighter en Who Put The Jinx van hun vinyl LP die ook Who Put The Jinx heet, de single You Better Dig It, Folks Don't Lie en Roadrunner van Bo Diddley op slidegitaar: snedige, vinnige bluesrock 'n' roll kort op de bal, meer moet dat niet zijn op de zondagmiddag op je nuchtere maag, want Honeyboy Slim & The Bad Habits zijn eten en drinken tegelijk.


Honeyboy Slim & The Bad Habits

Wie vond dat er te weinig rockabilly op het Sjock menu stond kon zijn schade inhalen met de authentieke sound van Lobo Jones & the Rhythm Hounds, de relatief jonge Britse band van frontman Elliot Jones die vorig jaar de CD Howlin' uitbracht op Foot Tapping Records en dit jaar op zowat elke festival in Europa speelt. Van dat album speelden ze The Creature, titeltrack Howlin', Wind Up Baby, het in de Titty Twister toepasselijke Little Twister, If You Ain't Gonna Rock It, Bad Bad Baby met zijn repetitieve Wild Records groove en de supersnelle billy I'm Mad. In de afdeling covers noteerde ik een rechtdoor versie van Bop-A-Lena van Ronnie Self van wie ze ook Big Fool speelden, een uptempo Milk Cow Blues en een rockabilly versie van Mean Old Frisco en een boppend Barking Up The Wrong Tree. Ja, er is nog hoop voor de rockabilly met nieuwe enthousiaste bands als Lobo Jones & the Rhythm Hounds die reeds om 14 uur aan de Jack Daniel's Tennessee Honey zaten, in combinatie met oervlaamse pintjes bier, dat spreekt.


Lobo Jones en the Rhythm Hounds

Het gevreesde noodweer (Bospop in Weert 75 kilometer verderop was afgelast) bleef gelukkig uit, de op scherp staande veiligheidsdiensten konden herademen en die ene korte regenbui zorgde voor wat hoognodige verfrissing op de stoffige weide. Wij dus voor de eerste en enige keer richting hoofdpodium voor het als dia de los muertos doodskoppen geschminkte en somberos dragende Hola Ghost uit Denemarken die vorig jaar in de kleinere Titty Twister tent speelden en dus een Sjock upgrade kregen. Ondersteund door twee trompettisten spelen ze een fascinerende mengvorm van psychobilly en Ennio Morricone met titels als Mexico, Chupacabra, Django, Funeral March en Stay Awake die menigeen bevielen.

Waarna in de Titty Twister opnieuw een band plaatsnam die niets met rock 'n' roll te maken had, His Lordship uit Londen. Ze speelden naar ik aanneem vooral eigen nummers, maar op weg naar de cocktailbar hoorde ik wel een zwoel The Way I Walk en een uitfreakend Sleepwalk voorbij waaien.


Reverend Peyton en Washboard Breezy Peyton

Dan liever Reverend Peyton's Big Damn Band uit Beanblossom, Indiana, het trio van de man die gitaar speelt terwijl hij met zijn duim bas speelt op de bovenste snaar en die zelfs een besnaarde bijl hanteert. Volgens mijn was dit intussen hun derde passage op Sjock en Peyton kent dan ook het klappen van de zweep: gitaar met veel slide, mondharmonica, drums, wasbord en nog wat toeters en bellen zorgen voor bluesrockers en hypnotisch groovende repetitieve songs. 't Was voor hun doen misschien een wat onverwachte setlist, maar met tien albums op minder dan twintig jaar op de teller en een ontelbaar aantal concerten achter de kiezen heeft ie natuurlijk keuze te over en weet hij wat werkt, namelijk songs als My Old Man Boogie, Black Mattie, That Train Song, Two Bottles Of Wine, Pot Roast And Kisses, Devils Look Like Angels en Poor Until Payday.


Crystal Dawn

Tussen de bedrijven door op het derde, kleinste podium ben ik nog even wezen kijken bij Tuesday Violence, de garagerock band van zangeres Crystal Dawn (B) van rockabilly band Crystal & Runnin' Wild. Bij Tuesday Violence speelt ze orgel en in de trio opstelling met gitaar en drums gaf dat orgel een (garage)surf tintje aan het georganiseerde lawaai. Papa Patrick Ouchène, nochtans zelf geen 100 maar 200% rockabilly, stond trots tussen het publiek.

De tweede vreemde eend in de Titty Twister bijt vandaag was Slim Cessna's Auto Club, opgericht in Denver in 1992, die een bevreemdende mix van apocalyptische country gospel en alternativa brachten. Geen spek voor mijn bek, zoveel was duidelijk, dus tijd om de innerlijke mens te versterken en bij te tanken in afwachting van The Kokomo Kings, de vier Zweedse bluesrockers die de laatste jaren bijzonder populair werden in rock 'n' roll middens door hun rechtdoor rockende bluesrock 'n' roll in de vorm van songs als Buckle Up, The Wonder Man, Heatwave, Jump Like A Chicken en A Drive-By Love Affair. Straffe toebak, maar ik snelde heen en weer tussen twee podia want de enige programmatorische dwaling was de gelijktijdige programmatie van The Kokomo Kings en Cadaster Jon Combo Featuring El Presidente op dat derde podium.


The day I sat down with Magnus Lanshammar from The Kokomo Kings

Cadaster Jon Combo is de opvolger van de legendarische lokale band The Del Valentinos, wereldberoemd in Gierle, en is in essentie dezelfde band maar dan zonder zanger Gert Geluykens: bij Cadaster Jon Combo, inclusief twee saxofoons, is het de gitarist die zingt. Hun muziek, ooit omschreven als "een soort rock ’n roll maar met hun eigen geniale twist", bevatte de gitaarinstrumental Black Eyes, maar Misirlou was het sein dat El Presidente mocht opkomen en dat deed op spectaculaire wijze: hij reed van opzij via een loopplank met een Kawasaki W650 het podium op waar hij bij wijze van solo nog wat extra gas gaf op de muziek. Alle Del Valentino "klassiekers" kregen een beurt: The Crusher van The Novas, garagerocker Shotdown van The Sonics, Burnin' Love van Elvis, Button Nose van Benny Hoy, Jezebel van Frankie Laine, I Put A Spell On You van Screaming Jay Hawkins en She Said van Hasil Adkins werden allemaal door de vleesmolen vermalen en vakkundig de nek omgedraaid door brulboei Gert Geluykens. Tegen het einde, bij Delilah van Tom Jones, klom Koen Verbeek vanuit het publiek op het podium om flink vals mee te loeien. A good time was had by all en Jimmy Dale stond naast het podium te kijken, snapte er geen snars van, maar zag dat het goed was.


Hot rod fiets!

Aan alle mooie dingen komt een eind (aan alle slechte dingen ook ooit, en gelukkig maar), maar de uitsmijter was een klapper van formaat: de triomfantelijke terugkeer van België's populairste roots rock 'n' roll band ooit, The Seatsniffers. Ze hadden eerder al twee uitverkochte reünie try-outs gespeeld en stonden in februari 2023 op de Rockin' Race Jamboree, maar vanavond kon eindelijk iederéén hen nog een keertje zien. In de originele bezetting vaagden Walter Broes (zang/gitaar), Roel Jacobs (sax), Bop De Houwer (contrabas) en Piet De Houwer (drums) die tien jaar afwezigheid in vijf minuten van het bord veegden. De setlist leek exact dezelfde als de dag van toen en de bomvolle tent ontplofte: Loudmouth, She's A Fox, Shake It, Gimme Gimme, Shakedown, Are You Gonna Be The One, Casting My Spell, The Bottom, I Want Some More, Arabian Love Call, UFO, I Had It With That, Don't Gimme That en Assembly Line - geen flauwekul maar gewoon dezelfde setlist van toen gespeeld met dezelfde energie, als reminder waarom ze de beste rock 'n' roll band zijn die Belgenland ooit voortbracht. Voor het bisnummer draafde de Brits-Antwerpse stand up comedian Alex Agnew het podium op. Naast stand uppen zingt die in een metal band, maar vanavond verblijdde hij ons met Great Balls Of Fire, de eerste keer dat ik de Sniffers dat nummer weet spelen. Het goede nieuws is dat er intussen nog meer Seatsniffers concerten zijn aangekondigd, wat betekent dat de vraag er nog steeds is, en ze zouden gek zijn als er niet op ingingen. Noteer in uw agenda: zaterdag 21 oktober op Ramblin' Roots in Tivoli Vredenburg in Utrecht, zaterdag 28 oktober in Poppodium Mezz in Breda, en vrijdag 17 november in de Casino in Sint Niklaas. En schrijf gelijk op dat Sjock volgend jaar plaatsvindt in het weekend van 5 tot 7 juli.

ZESTIGPLUS BAND
Geel (B), 18 juni 2023

Verslag: Jiving Walter / foto's: Anne-Mie

Ik geef toe dat het niet allemaal zuiver rock 'n' roll is, maar ik wil ook de bands die optreden in de Kempen een hart onder de riem steken. Meestal zijn het oudere mannen die de klassieke nummers spelen en een zijsprong maken naar latere periodes. Ze hebben dan ook veel aanhang bij een bejaarder publiek waarbij wij ons volmaakt thuis voelen, terwijl de jonge snaken zich uitleven op megafestivals als Graspop of Werchter. Tijdens mijn speurtochten naar groepen ontdekte ik de Zestigplusband die verschenen in spiegeltent La Rosa in Geel, op een godverlaten plaats in Zammel (Hazenhout), ver weg van alle beschaving tussen de velden. Dat maakt het juist zo gezellig.

Een spiegeltent roept bij mij altijd heimwee op naar vervlogen tijden, wat je al merkte bij de inkom - de geest van The Great Gatsby, geschilderd op de muur. Je hebt een degelijk overzicht over de dansvloer, de ramen hebben gekleurd glas, elke zithoek is getrend van de andere zithoek door een glazen schot, de zeilen van het dak fraai gekleurd met goudkleurige banden, kortom een gemoedelijke kermissfeer. De gladde dansvloer was zoals vroeger bestrooid met poeder om toch een beetje je evenwicht niet te verliezen. Bij aankomst leek de keet verlaten en dan hoop je maar dat er wat meer volk binnenstroomt. Het warme weer houdt veel mensen thuis. De Zestigplusband ontstond in 2007 onder mannen die tussen pot en pint herinneringen ophaalden aan hun vroegere band The Funny Friends die eindigde in 1980. Maar "old soldiers never die'' en een ex-lid stelde de voordaad om samen nog eens op te treden voor een bijzondere gelegenheid. De zaal stond in rep en roer, volle begeestering en het één brengt het ander met zich mee: eenmaal geproefd van het succes is het moeilijk om de rem op te trekken, en de trein was vertrokken. Helaas werden ze later niet gespaard van tegenslag en werd de samenstelling regelmatig vernieuwd of aangevuld. De Zestigplusband startte stipt om 15 uur met een keur van Shadowsmuziek met onder andere Dance On en FBI. Daarop volgden country nummers zoals Act Naturally van Buck Owens (gecoverd door The Beatles), Driving My Life Away van Eddie Rabbitt en Folsom Prison Blues van Johnny Cash, plus een resem uitvoeringen van CCR en Fats Domino. Wij zijn niet fanatiek, we dansten erop los en de muziek klonk fris. De band zelf had weinig voeling met de aanwezigen. Ik vind het altijd warmhartig wanneer de groep de mensen aanspreekt. Ze waren nogal koeltjes, maar ja...

Het gehoor dat ondertussen was aangezwollen was daarentegen erg geestdriftig. Wij vallen altijd op door onze kledij (ik had voor deze gebeurtenis een brede jivebroek aangetrokken met bretellen) en dansstijl en dan vragen de toeschouwers of we van een dansschool zijn. We staan steeds al eersten op de dansvloer en brengen de sfeer erin. Je ziet die ouwe luitjes dan glunderen omdat ze de tijd van vroeger zien herleven. Soms worden we aangesproken met de vraag of we willen terugkomen. Ik van mijn kant benader de mensen soms ook. Zo ging ik naar een man toe met een rockabilly hemd. We waren het er gloeiend over eens dat rock 'n' roll hemelse muziek was. Op mijn opmerking dat men over 100 jaar nog zal praten over Elvis, antwoordde hij al lachend: "ja, maar over ons niet meer"... Door de warmte en het gehuppel was mijn hemd en broek kletsnat van het zweet, wat de indruk opwekte dat ik een pamper nodig had...
De spiegeltent zou naar ik vernam nog tot oktober opgesteld staan. Wat weerhoudt rock 'n' roll organisatoren om daar eens een kijkje te gaan nemen?

THE DUTCH KATZ
Elsoo, 6 mei 2023

Verslag: Jiving Walter / foto's: Anne-Mie

Twee dingen die ik steeds vergeet alvorens naar een optreden te gaan zijn 1) pinnen, want je moet toch een beetje geld bij je hebben, en 2) tanken. Negen keer op de tien vertrek ik met een lege benzinebak en dan begint het gevloek, want je bent gehaast. Vanavond was het weer bingo, want mijn vrouw rijdt altijd tot de laatste druppel. We reden ditmaal nog eens vanuit België over de grens met Nederland naar Elsloo voor een opvoering van de Nederlandse band The Dutch Katz die meestal opereren in het zuiden des lands. In tegenstelling tot Vlaanderen heb je in Nederland meer cafés met feestzalen en dat maakt toch een groot verschil, zeker om te dansen. Bij aankomst in het Maaslandcentrum, want daar brandde de lamp, las ik overal in de ingang de plicht om je jas in de jassenkamer achter te laten. Het was ten strengste verboden om dit kledingstuk over de leuning van je stoel in de gelagzaal achter te laten. Ik vroeg me af als je met colbert binnenkomt en je krijgt het warm of je dan ijlings naar de vestiaire moet spurten? Je kan bovendien meer spullen wegsteken in de binnenzak van je mantel dan in de achterzak van je broek, voor mannen toch. Ik steek mijn brieventas nooit in de achterzak. De hacht [nvdr: risico] is dan veel groter om je portefeuille te verliezen en het nodigt ook uit tot diefstal, zo vind ik althans. De bezoekers werden hartelijk verwelkomd door de voorzitter en de Belgen kregen een eervolle vermelding.



The Dutch Katz bestaat voor een groot gedeelte uit de ondertussen ontbonden groep The Rocking Navigators. Ze spelen de klassiekers maar maken soms ook een sprongetje naar recentere tijden. Zo hoorde ik Crazy Little Thing Called Love van Queen, maar ook Crazy Cavan, Stray Cats en Matchbox. Een nummertje dat ik nog nooit door een groep hoorde spelen was Just Rockin' And Rollin' van Ronnie Dawson, een goede inkeiler om de boel in gang te zetten. De groep speelde ook een paar surf instrumentaaltjes, onder andere Pipeline van The Chantays en Wipe Out van The Surfaris, en veel liedjes van Eddie Cochran en Buddy Holly. Een zangeres gaf een fraaie afstrijk aan de groep en een dansschool bracht de sfeer in de zaal. Dan heb je de waarborg dat er steeds wordt gedanst, zelfs als de deejay draait, want meestal spelen die mannen voor een lege vloer. Persoonlijk vond ik dat de platenruiter beter presteerde dan de band, hij draaide bijvoorbeeld Bye Bye Paris en Barefoot van Ray Collins' Hot-Club. Bij het Sam Cooke deuntje Twisting The Night Away stonden de twisters midden tussen de dansers, met af en toe een por of een botsing - gek gezicht, net een uiteengetrapte mierennest. De organisatoren hadden een wedstrijd ingericht voor de mooiste spreidrok [nvdr: petticoat] en de mooiste vetkuif. Gewoonlijk ligt mijn langer haar strak in de plooi, maar ditmaal kon ik geen pijltje meer opkammen, omdat mijn vrouw alles had afgeschoren en van mijn snit een grasmat had gemaakt. Het moest weer eens lukken. De winnaar was een bejaarde oude man van de dansclub die het geluk had nog een volle haardos te bezitten, hoewel er weinig kuif te bespeuren valt als je enkel je haar naar achteren hebt gekamd. Het woord 'kuif' is een ruim begrip, en het lag voor de hand dat het iemand uit hun eigen kringen zou zijn vermits het handelde om een wisselbeker. Je geeft die trofee natuurlijk niet aan een buitenstaander omdat de kans dan bestaat dat die cup nooit meer terugkomt.

Onder het zwingen verloor mijn vrouw in volle doening de zool van haar schoen. Wat nu? Dan maar de twee schoeisels uitgetrokken en blootsvoets verder gedanst. Gelach alom. De groep bedankte alle aanwezigen voor de leuke avond en dat was niet overdreven. In het naar huis rijden hoorde ik op 'Oldies Radio' de stem van Petula Clark met Colour My World, een pittig, vrolijk wijsje. Inderdaad, na een paar biertjes zie je de wereld in andere kleuren. Thuisgekomen hebben we de versleten schoenen van mijn vrouw plechtig uitgewuifd richting vuilnisbak.

DE LOVE ME TENDERS
Antwerpen (B), 18 februari 2023

Verslag: Jiving Walter / foto's: Anne-Mie

Het was een week vol onaangename verrassingen. Je krijgt een griepaanval en op de dag zelf van het optreden heb je een aanrijding met je wagen. Een groot gedeelte van de achterkant beschadigd. Na veel getwijfel besloot ik dan toch maar naar de stad te rijden voor een optreden van de Elvis hervertolkingsgroep de Love Me Tenders. Onderweg met de wagen was ik overmand door spanning. Ik stond als eerste voor het rode licht van de snelweg, maar reageerde te laat bij groen. Even was ik het noorden kwijt. Het licht sprong alras terug op rood, zodat ik een hele rij van achter mij stilstaande wagens blokkeerde, met als gevolg een luid getoeter en verwensingen. Het vertoon ging door in een beruchte wijk die de stad nu wederom leven tracht in te blazen. Zo verhuisde een tijd geleden de bibliotheek naar dit oord. Ook café Kiebooms doet hier zijn duit in het zakje met optredens. Het is één van de schaarse kroegen die de tijd hebben overleefd. Aanvankelijk was het in de jaren '40 en '50 een jazz kneip, en destijds beleefde het zijn hoogdagen. Het mooie is dat het oorspronkelijke art deco interieur volledig onaangeroerd is gebleven, met muurspiegels, oude foto's en een beun (nvdr: podium). Na de dood van de eigenaar bleef de zaak twee decennia lang gesloten, maar gelukkig konden enkele voortouwnemers de zaak redden door er een café-restaurant van te maken. Het lijkt alsof vele jonge mensen hun schade na de covid periode willen ophalen. Massaal worden dranklokalen overspoeld, zodat je geen meter meer kunt bewegen. Dansen is uitgesloten. Vele Vlaamse tapperijen zijn eigenlijk te klein voor optredens, zeker als er geen feestzaal is aangehecht.

De Love Me Tenders zijn een Elvis nazanggroep die al zes jaar bestaat. De zanger, een innemende knul met een mooie stem, vertelde dat de band vroeger dikke vrienden waren in de chiro beweging. Op een huwelijksfeest van een vriend die Elvis fan was, werden ze gevraagd om muziek in die trend te spelen. Het succes bleef niet uit, en goed begonnen is half gewonnen. De zanger heeft zelfs een zoon die verkleed als the king naar de kinderkribbe ging. Ja, dan is de liefde wel groot. De band speelde natuurlijk ook andere jaren '50 nummers zoals de Hucklebuck, L.O.V.E van Nat King Cole en I Wanna Be Like You (King Of The Swingers) van Louis Prima uit Jungle Book. Ik vond dat ze sommige nummers te vlug uitvoerden, maar als éénmaal een zaal in vervoering raakt zijn alle remmen los. Mensen dansten zelfs op de banken en ook een polonaise waar mijn oudste vriend van 78 flink aan mee deed kon er nog wel bij. Na de speelstonde nam een platenjogie het roer over, maar het was niet onze stijl wegens te modern. Onze oudere vriend die normaal afkering staat tegenover deze muziek was ditmaal onverstoord en ging uit zijn dak. Blijkbaar had de belangstelling van vrouwelijk schoon hem vleugels gegeven.

In de overdekte parking konden we de betaalautomaat niet vinden. Normaal verwacht je zo'n toestel aan de inkom van elke verdieping, doch nergens te vinden. We dwaalden zeker tien minuten rond omdat we voor een gesloten poort reden. Uiteindelijk stond dat apparaat aan de slagbomen zelf. Ik denk dat we door de bewakingcamera’s wel tien keer zijn opgenomen. Als afsluiter van de dag was dat nog een mooi toemaatje.


Lees hier de oudere Rockin' Lifestyle verslagen

Terug naar de voorpagina