Met
het tragische ontschieten van onze Charlie Discount (zie Big
News Nieuwsarchief 2008-1) is ook een belangrijke pijler voor deze
rubriek weggevallen. We roepen je dan ook op om verslagen van recente
rock 'n' roll optredens of evenementen naar ons te mailen. Het is echter
nooit honderd procent zeker dat je artikel geplaatst wordt, echter voorzien
van goede foto's maak je meer kans. Het artikel moet altijd voorzien
zijn van je echte naam. Mail naar |
Mol
(B), vrijdag 5 december 2008
|
Geel
(B), donderdag 2 oktober 2008 |
___________________________________________________________
28 september 2008 ___________________________________ Because
Girls Want It, Too! |
|
There’s
a new kid in town! En ze draagt graag kousen en lippenstift! In België
leerde ze te zingen als een merel en elk leeg plekje op de dansvloer
te benutten om de show te stelen. Voortaan bericht Miss Lucy je vanaf
deze plek over haar wederwaardigheden in Rockabilly Country. Een rubriek
met een knipoog, steeds een nieuwe luistertip en de beste dress ‘n’
dance tips. Smakelijk! Nog niet verzadigd? Bezoek haar dan ook op misslucyscorner.blogspot.com.
Spicy!
Socks, pies ‘n’ Mischief! My Belles! Nu wat leek op een zomer dan toch echt gedaan is, vond ik het tijd voor nieuws uit de Aardbei Estate. (Ik ben inmiddels verhuisd naar de Aardbeistraat namelijk.) Gisteren werd het officieel herfst en het eerste kille windje heeft al langs mijn enkels gestreken. Ruk aan die wollen kousen, brandende kachels - liefst met stroopwafels erop - en avondjes uit waar je lichaamstemperatuur van stijgt! Ik heb zaterdag alvast een goed begin gemaakt op de CD-Release van Mischief! in Utrecht. Rockers ter lande stroomden toe voor een ware muzikale traktatie. Na een opwarmertje door the Ragtime Wranglers beklommen de mannen het podium. Une peu nerveuse leek het, maar hé wat wil je als je net een nieuwe plaat uit hebt. De zaal had er alvast geen last van en bouwde een vrolijk feestje. Ondertussen in de bar bedienden DJ Rudy en de platendraaiers van Naald en Kraak de mengpanelen. ’T Schoon volk stroomde samen en bezette hevig zwetend de dansvloer; ondergetekende incluis. The Seatsniffers sloten het feestje af en boy wat kunnen die mannen spelen! Het Is dat het zo volgepakt was, anders had ik vast en zeker nog een dansje gedaan. Voor zover mijn voeten dat nog toelieten: in mijn ijdelheid natuurlijk toch de verkeerde schoenen aangetrokken. Ik moet overigens ook mijn respect betuigen aan bijna al het aanwezige vrouwvolk. Stuk voor stuk beeldschoon en stoer bovendien: those heels! Het recept van de avond is wat mij betreft voor herhaling vatbaar. Op mijn agenda dit najaar: the Cherry Poppin' Daddies in Den Bosch en in oktober weer naar Tease-A-Go Go . Hot hot hot! Voor ik jullie toevertrouw aan stoof en manlief hier nog een luistertip. Deze zomer zelf ontdekt op Pukkelpop: Kitty, Daisy and Louis. Drie siblings uit Groot Britannië die het woord vuig een nieuwe betekenis geven. Hun vertolking van I Got My Mojo Working sure as hell got me all worked up. Ik zou alvast niet twijfelen. Keep ‘m warm! Sugar
coated kisses, ____________________________________________________ |
Brussel
(B), zaterdag 23 augustus 2008 |
Oost-Eeklo
(B), zaterdag 16 en zondag 17 augustus 2008 |
Gierle
(B) , zaterdag 12 en zondag 13 juli 2008
De verwachtingen waren hooggespannen, maar The Sonics losten ze helemaal
in. Enkel hun eigen oude songs, niks nieuws, niks geen nostalgie, geen
flauwekul of grapjes tussendoor, gewoon verschroeiende luide rock ‘n’
roll alsof het nog steeds 1965 was: The Witch, Boss Hoss, Dirty Robber,
Have Love Will Travel, Psycho, Money (That's What I Want), Walking The
Dog, Night Time Is The Right Time, Strychnine, The Hustler, Cinderella,
Don't Be Afraid Of The Dark, He's Waiting, Louie Louie, Shot Down, Keep
A Knockin', Lucille, You Got Your Head On Backwards, High Time. Het
publiek ging uit de bol. Roslie en Parypa bleven met lege blik voor
zich uit kijken. Toch werd er hier en daar wat gesmokkeld: Jerry Roslie
schreeuwt nog steeds de ziel uit zijn lijf als een demente blanke versie
van Little Richard, maar ook bassist en niet-originele Sonic Don Wilhelm
nam een aantal vocals voor zijn rekening. De drumbreaks van Rickey Lynn
Johnson stemden niet overeen met die van Bob Bennett. En om heel eerlijk
te zijn, enkele songs klonken toch net iets te modern en misten dat
sleazy randje, de vuile vingernagels die het verzamelde werk van The
Sonics kenmerkt. Niettemin: voor pakweg 85% geslaagd. Wat ook kan tellen
qua rock ‘n’ roll commitment: Jerry Roslie stond hier gewoon
op zijn keyboard orgel en piano te rammen met een ruilhart: in 2002
kreeg ie een nieuw hart ingeplant... Sindsdien mag ie niet meer drinken
van de dokter - niet dat er een verband is tussen alcohol en zijn ruilhart,
maar het heeft wel effect op de medicijnen die hij dagelijks moet innemen
- en sindsdien drinkt hij alleen nog maar bij optredens, zo vertelde
Roslie me backstage, waar hij en de andere Sonics vriendelijke bescheiden
heren op leeftijd bleken: Roslie was zelfs samen met zijn vrouw enkele
dagen voor de rest van de groep afgereisd om als toerist Brussel te
verkennen. Een rock ‘n’ roll comeback als excuus voor een
betaalde vakantie! |
Deurne
(B), vrijdag 27 juni 2008 De
naam Lady Linn & her Magnificent Seven duikt regelmatig op in onze
Be There!©, uw vertrouwde uitgaansgids in deze jachtige tijden,
en dat komt voornamelijk omdat ik die data naar Be There!© doorspeel,
hahaha. Lady Linn & her Magnificent Seven komen uit Gent en maakten
de voorbije twee jaar furore met oude jazznummers uit de jaren '40.
Hun eerste full-CD, Here We Go Again, verscheen in februari 2008. Nu
hou ik wel van crooners en ouderwetse swing, en een jaar of twee geleden
zag ik de band een keertje aan het werk, en wat ik toen hoorde beviel
me zeer. Tijd om nog eens polshoogte te nemen dus, en dat op een concert
georganiseerd door Radio Modern, het hobbyclubje waarmee Ben Mouling
van de vroegere Benvis & his Rockets en de huidige Mighty Quiffs
ouderwetse dorpszaaltjes en krakende spiegeltenten omtovert tot de danspaleizen
van weleer, met een keur aan jive- en swingbands en een internationale
selectie DJ's, en als geen enkele DJ beschikbaar is draait Ben desnoods
zelf de plaatjes samen met zijn broer Tim onder de naam The Boppin'
Benvis Brothers. Vanavond was de openingsavond van de zomerprogrammering
in het Openluchttheater van het Park Rivierenhof in Deurne, een theater
gebouwd in 1958, maar helaas is veel van de originele charme verloren
gegaan bij een recente renovatie. Niet dat het Openluchttheater op zich
uitzonderlijk mooi is, daarvoor is de architectuur te Stalinistisch,
en sowieso viel het vanavond niet naar waarde te beoordelen door een
teveel aan eet- en drinkkraampjes en sponsorpubliciteit. Maar terzake:
het was niet omdat dit een gratis concert was waar dan ook de hele buurt
van heinde en ver op afkwam (op dit soort lokale activiteiten mag ook
oma steevast mee), dat er niet gedanst zou worden, en daarom had Radio
Modern Dancing Sophie uitgenodigd, alias Sophie Monheim, een professionele
danslerares uit Antwerpen met een zwak voor lindyhop en tapdans. De
bijzonder energieke en enthousiaste dame slaagde er in haar eentje in
op een mum van tijd met behulp van slechts twéé plaatjes
(Shout Sister Shout van Sister Rosetta Tharpe, het andere kende ik niet)
een heleboel mensen wat basisdanspassen aan te leren én tegelijkertijd
het publiek te entertainen. Chapeau! Wilt u ook leren dansen: www.dancingsophie.be
|
Brussel
(B), zaterdag 28 juni 2008 Is
er een mooiere openluchtlocatie denkbaar voor een festival dan onder
het Atomium, dat fantastische bouwwerk van Expo 58, dat er in 1958 futuristisch
uitzag en er anno 2008 nog steeds uitziet alsof het werd neergepoot
door buitenaardse wezens? Ik dacht van niet, dus dank aan Patrick Ouchène
van Runnin' Wild die er met zijn vzw Ask4 (vzw = Belgische stichting.
Hfdred.) in slaagde de stad Brussel en de Vlaamse Gemeenschap over te
halen onder de bollen van het Atomium een bovendien gratis festival
te mogen organiseren. Mooi decor, en ook een mooie internationale affiche
met vijf bands. Er waren enkele platen- en CD-stands, het weer was prima,
er waren oude bolides en er kwam een scooterclub langs. De liefhebber
kon ook van de gelegenheid gebruik maken om de Expo 58 tentoonstelling
in het Atomium bezoeken. |
Mortsel
(B), zondag 15 juni 2008 Boekingskantoor
Surfing Airlines haalt momenteel vooral country-achtige bands naar hier,
maar die zijn niet altijd even goed. Deze Red Meat viel echter reuze
mee, zeker wanneer je eigenlijk niks verwacht als je op een lome zondagavond
de after D-Day blues hebt. Als het slecht is, is het slecht, maar als
het goed is, is het goed, en dan mag dat ook gezegd worden. Red Meat
(ik vind het een domme naam, maar soit) bleek een kwintet afkomstig
uit San Francisco, met een bezetting van zang, leadgitaar, akoestische
ritmegitaar, elektrische basgitaar en drums. Luidens de YouTube clips
op www.redmeat.net hebben ze ooit Wanda Jackson begeleid, ze werden
opgericht in 1993, en brachten sindsdien 4 CD’s uit, waarvan er
drie werden geproduced door Dave Alvin van The Blasters, toch een referentie
in het rootswereldje. En dat ik Red Meat best okee vond, moge blijken
uit het feit dat ik reeds na de eerste set (voor een prijsje, sympathiek
van hen) gelijk alle vier CD’s kocht. De band bracht traditionele
country in de stijl van Waylon Jennings, Merle Haggard en Porter Wagoner,
met regelmatig een twangy gitaar, een zweem van western swing, en een
polka ritme. Ik heb geen nota's genomen en herinner me uit het hoofd
Ramblin' Fever (Merle Haggard), Who Were You Thinking Of (Texas Tornados)
en Big River (Cash). Eigen nummers die me bijbleven waren Midwest Blues,
Lolita, Go On Home Mr Johnson, en Queen Of King City. De zang werd verdeeld
tussen de instrumentloze leadzanger Smelley Kelley, bassiste Jill Olson,
en ritmegitarist Scott Young die enkele nummers lang zijn akoestische
gitaar inruilde voor een fiddle. De drie stemmen waren okee, zowel individueel
als in de samenzang. Scott Young had eigenlijk de beste stem voor country,
en Smelley Kelley droeg met zijn theatrale gebaartjes, graatmagere lijf,
schorre stem, commentaar tussendoor en foute snor met stijl het imago
van Vieze Oom, hè hè hè. Het geheel had de routine,
souplesse en standaardgrappen van jarenlang roderen in het cafécircuit,
nog steeds de beste leerschool voor een band. |
Amsterdam,
zaterdag 14 juni 2008
Tijdens Boppin' Steve stond Huelyn Duvall gewoon tussen het publiek te genieten, en even later was het zijn beurt. In 2003 zagen we hem op de Rave nog een puike prestatie neerzetten, vandaag bleek meteen dat de intussen 69-jarige Duvall nog magerder leek dan toen en compleet zonder stem zat: veel meer dan gekraak kwam er niet uit zijn keelgat. Een borrel Jack Daniel's aangeboden door iemand uit het publiek hielp niet. Huelyn Duvall kreeg bij ons enige bekendheid door het pionierswerk van White Label dat in de jaren '80 drie LP’s uitbracht met zijn oude werk (bijeengebracht op de Collector CD Three Months To Kill), en uiteraard vormde dat oude werk de hoofdmoot van zijn set: Teen Queen, Friday Night On A Dollar Bill, Comin' Or Goin', Susie's House, Pucker Paint, Juliet, It's No Wonder, Three Months To Kill, en zijn enige hit, de ballade Little Boy Blue (zeg maar hitje: in 1958 haalde het nummer 88 in de Billboard Top 100). Geen Life Begins At 4' O Clock, geen Double Talking Baby (gecoverd door Gene Vincent en via hem weer door The Stray Cats), geen So Help Me Gal, wel het recentere Daddy's Little Baby, twee nummers van zijn gloednieuwe CD Get Carried Away (Hillbilly Rock en de Kenny Parchman cover Feel Like Rockin'), de Johnny Cash cover I Still Miss Someone, en Jimmy Reed's Baby What You Want Me To Do. Duvall, die een verwaaide indruk maakte, kende zijn teksten en speelde zelf een heel klein beetje elektrische ritmegitaar (vooral om voor zichzelf de juiste toon aan te geven), en vertrouwde voor de rest volledig op Wildfire Willie & the Ramblers (S) die hem begeleidden. Hij had een setlist voor zich maar bekeek die niet, en vroeg na elke song aan Wildfire Willie wat het volgende nummer zou worden. Kortom: de band sleurde hem door het optreden en tilde dat op naar een min of meer acceptabel niveau, mede door het niet te stuiten enthousiasme van Wildfire Willie. Toen Duvall na het optreden poseerde voor foto's excuseerde hij zich uitgebreid voor het falen van zijn stem, en hij verklaarde dat dit nog nooit voorkwam. We zijn bereid hem het voordeel van de twijfel te gunnen, al zal dit concert de discussie tussen voor- en tegenstanders van het publiekelijk tentoonstellen van originele artiesten uit de 50’s enkel aanwakkeren.
|
Oostmalle
(B), zaterdag 31 mei 2008
|
Tielen
(B), zaterdag 18 april 2008 Schandalig
weinig volk voor The Trashmen, lees: voor THE TRASHMEN, want hun naam
verdient in hoofdletters geschreven te worden. The Trashmen schonken
de wereld in 1963 Surfin' Bird, een van de wildste en knettergekste
plaatjes ooit, en haalden er in 1964 de vierde plaats in de hitparade
mee. Surfin' Bird, de verheerlijking van alles wat goed en grappig is
aan rock ‘n’ roll, en tot in de eeuwen der eeuwen ideaal
om elke party op gang te trekken. Amen. Als wat rest van de aarde binnen
een miljoen jaar ontdekt wordt door wezens van een ander zonnestelsel,
hoop ik dat ze op Surfin' Bird stuiten, en concluderen dat de aarde
ooit werd bewoond door een ras van goden dat communiceerde via de geheimtaal
van de papa-oom-mow-mow. |
Brussel
(B), zondag 13 april 2008
Ja,
zo af en toe willen wij op een luie zondagmiddag nog wel eens wat cultuur
opsnuiven en in een museum binnenwippen, tenminste als het tentoongestelde
iets te maken heeft met de jaren '50. Helaas heeft Van New Look Tot
Expo 58 niets met rock ‘n’ roll te maken... |
Berkel-Enschot,
zaterdag 5 en zondag 6 april 2008 Omdat
er tijdens dit tweedaagse muzikaal spektakel 15 bands optreden kan ik
nooit alle bands aan bod laten komen en beperk ik mij tot de bands die
er echt uitsprongen. Een band die er tijdens de zaterdag editie van
deze Cliff Richard & the Shadows meeting echt uitsprong was als
tweede band geprogrammeerd, namelijk Los Jets uit Spanje. Los Jets zijn
bezig met hun afscheidstournee 2008, want dit jaar bestaat deze Spaanse
band 50 jaar en doen ze in december 2008 hun allerlaatste optreden in
Madrid. De band had 3 gouden platen en 9 hits in Spanje, waardoor je
met recht praat over een populaire en zeer gerenommeerde instrumentale
rock ‘n’ roll-band. Heel gaaf gearrangeerd vond ik de medley
van Johnny & The Hurricanes Buckye gekoppeld aan Peter Gun en Walk
Don’t Run. Andere uitschieters waren door de zo karakteristieke
Spaanse Flamengo sound Amapolla van The Spotnicks, Los Quatro Muleros,
El Vuelo del Moscardon en Andalucia, aangevuld met hun jaren ‘60
hits Guitarra Enamoroda (= Fentones Lover’s Guitar) en Zorongo,
populaire songs als Gonzales en South Of The Border en natuurlijk ook
Shadows nummers als Guitar Tango (met een speciaal gitaar intro op de
Spaanse gitaar) en een speciale Shadows medley (met o.a. Guitar Tango,
Apache, Wonderful Land en Rise And Fall Of Angel Blunt). Opvallend vond
ik ook de gitaaruitvoering van een nummer wat ik vooral ken door de
uitvoering met piano van B. Bumble & The Slingers van Nutrocker
(Tsjaichovsky’s Notenkrakersuite). Karakteristiek voor Los jets
is de afwisseling van klassieke instrumentaal werk ook wat meer populair
en moderne klinkende instrumentale songs in een wat poppy uitvoering,
zoals bijvoorbeeld Venus van Shockin’ Blue op hun meest recente
album 50th Anniversary CD/ DVD en Not As Usual van Tom Jones. Natuurlijk
ook zeer geslaagde gastoptredens van Brian “Loveridge” Locking
op basgitaar en Indra op sologitaar (hele mooi Shadows-geluid) op het
zeer fraaie Golden Wings en Brian op de mondharmonica op Luna. Los Jets
leverde net als een aantal jaren geleden een fantastische set af die
zeer het vermelden waard was door hun gave gitaarwerk met sterke Spaanse
invloeden. Voor alle optredens in het kader van hun afscheidstour, albums
en dvd’s check hun website www.losjets.com. |
Tielen
(B), zaterdag 29 maart 2008 Al weer voor de elfde keer werd er door de gastheren annex rock ‘n’ roll-veteranen van The Shakin' Arrows een spetterende editie georganiseerd van het zeer bijzondere festival Rock Around The Werft met binnen- en buitenlandse rock ‘n’ roll acts met natuurlijk The Lennerockers en The Tremeloes als publiekstrekkers. Wat opviel ten opzichte van vorig jaar was dat het minder druk was dan vorig jaar met Carl Mann, toen ook het balkon helemaal vol zat. Het
Werft- spektakel werd op een wervelende manier geopend door 100% Katoen
uit Nederland met, dacht ik, de zoon van Ton Duquesnoy in de gelederen
en vroeger ook actief in The Swallows. 100% Katoen is de juiste benaming
voor hun set en podiumpresentatie. De
tweede band The Chevy Cats, een toonaangevend Nederlands rockabilly
trio, die mij een soort jeugd sentiment bezorgden met hun authentieke
sound en hun wervelende podiumact. Hun optreden bracht mij terug in
de tijd en deed mij terugdenken aan hun dagen als huisorkest in Happy
Days Clubhouse in Rosmalen en de kapriolen in en rond het podium op
een braderie in Vlijmen in de eind tachtiger jaren. Een geruststellende
gedachte is dat ze nog steeds zo gek zijn en nog steeds in dezelfde
bezetting bestaan met Paul op drums/ zang, Hans op contrabas/ zang en
Frans "Aardappel" op gitaar/ zang. Ook het repertoire heeft
de tand der tijd prima doorstaan met de bekende songs van Johnny Burnette
(Your Baby Blue Eyes, Sweet Love On My Mind, Lonesome Train en Tear
It Up) en Sid King ( I Like It), maar ook ander gaaf werk als Put Something
In The Pot Boy, Warren Smith's Ubangi Stomp en Crawdad Hole gecombineerd
met het betere showwerk van een dansende drummer, een gitarist die af
en toe wat vrienden in het publiek opzoekt en een bassist die staande
op zijn bas de zaal in kijkt of de bas in de hoogte tilt en gewoon verder
speelt. Of ze nooit weg zijn geweest, wel een "paar" jaartjes
ouder, maar verder de sound van weleer, gekarakteriseerd door een authenticiteit
die zijn weerga niet kent en met twee zangers met ieder hun eigen karakteristieke
stemgeluid. The Shakin' Arrows The
Lennerockers staan ook al weer zo'n 25 jaar aan de top van de rock ‘n’
roll en country in Duitsland en de rest van Europa en zijn nog bekender
geworden door hun spraakmakende optreden in een vliegtuig. De band begeleidt
ook diverse malen Engelse R&R-zangers als Bob Fish, alias Johnny
van Johnny & The Roccos en daarom speelden zij het zeer swingende
Stompin' With The Wildcats. Hun allround repertoire brengt iets voor
iedereen en swingende muziek in diverse smaken en dus naast skiffle
met wasbord op Puttin' On The Style van Lonnie Donnegan en een ingetogen
versie van Dixie met banjo en gave zang, ook prima eigen werk als High
Class Baby of mijn favoriete nummer Women, Booze And Rock ‘n’
Roll.
De
avond werd namelijk in stijl afgesloten door de legendarische Britse
top-formatie The Tremeloes, die ik vooral ken van hun tijd met Brian
Poole, maar tijdens de avond kwam ik er achter dat ik veel meer nummers
kende dan ik dacht. In de band zitten nog twee originele leden, namelijk
Rick Westwood op gitaar en Dave Munden op drums aangevuld met Jeff Brown
op basgitaar/ zang (kwam in 2005 bij de band) en Joe Gillian op keybords
(bij de band sinds 1987). Een feest der herkenning dus met Even The
Bad Times Are Good, Here Comes My Baby en natuurlijk Silence Is Golden,
maar dan in een heel bijzondere versie, namelijk a-capella met een beetje
gitaar, maar zonder drums, het feest nummer Helule Helule, mijn favoriete
songs Do You Love Me en Twist & Shout uit hun periode met Brian
Poole en Yellow River, wat ik veel meer ken van Christie uit de jaren
'70. Wat mij aan The Tremeloes opviel was hun geweldige samenzang en
dat de band muzikaal gezien en qua presentatie nog steeds staat als
een huis. Dat zal wel te maken hebben met het feit dat ze al zo lang
samenspelen en na de jaren '60 bijna de hele tijd (afgezien van een
korte pauze in de jaren '70) gewoon door zijn blijven optreden. Die
ervaring merkte je ook heel goed in de wisselwerking tussen band en
publiek, want het publiek werd veelvuldig opgeroepen om mee te zingen
en daarom werkte het enthousiasme van band en publiek heel erg aanstekelijk.
Heel bijzonder om deze wereldtopper met hun kenmerkende sixties geluid
een keer live te zien en het zijn hele toffe gasten die heel gemakkelijk
benaderbaar zijn voor een foto, een handtekening of een praatje en dat
vind ik ook wel de moeite van het vermelden waard. Op naar de twaalfde
editie met hopelijk wederom klinkende namen, ik hoop nog een keer The
Swinging' Blue Jeans. |
Turnhout
(B), zaterdag 22 en zondag 23 maart 2008 Rockin'
Around Turnhout deint steeds meer uit. Ooit begonnen als een rock ‘n’
roll kroegentocht van dertien in een dozijn in november, dan verhuisd
naar het voorjaar, nu al enkele jaren voorafgegaan door een heus festival
dat op zich al de moeite van de verplaatsing waard is. Het hoeveelste
jaar was dit nu? De dertiende uitgave? Om nog meer publiek aan te trekken/
het publiek nog meer te bieden was er dit jaar een gratis pré-pré-party
op vrijdag in een nieuw rock ‘n’ roll café genaamd
Cooperville aan de Nieuwe Kaai met Rockin' Bonnie & the Rot Gut
Shots (I), een van de bands die ook zondag optrad, én een gratis
afterparty maandagnamiddag om 17 uur met surfband Slingshot Bikini (B)
die de zondag afzegden omdat hun bassist Ward Szarzinsky niet enkel
in Slingshot Bikini speelt maar ook in de ijshockeyploeg Turnhout White
Caps, en die moesten zondag spelen voor de Belgische landstitel. Ze
wonnen. Ik ben noch vrijdag, noch maandag geweest. Je kan niet alles
doen in dit leven. |
Amsterdam,
zaterdag 22 maart 2008 Dat
Paaspop meer bezoekers trekt dan een rock ‘n’ roll concert
is een stelling die meer dan logisch is te noemen. Tenslotte komen op
Paaspop bekende artiesten waar veel mensen op af komen. Dat neemt niet
weg, dat op zaterdag 22 maart, tegelijk met de eerste Paaspopavond,
het aantal bezoekers dat naar Rock & Roll for Kika kwam, ongekend
hoog was. En onze bezoekers hadden wat voordelen... Zij stonden niet
in ellenlange files, stonden niet in de kou en tot hun enkels in de
modder, maar behaaglijk in een gezellige zaal waar de sfeer geweldig
was.
In de wandelgangen hoorde ik dat het volgende benefietconcert waarschijnlijk
alweer in 2009 zal gaan plaatsvinden. Met goede dingen moet je niet
te lang wachten. Het
concert liep als een goed geolied machientje en daar hebben de Eightball
Boppers hun steentje zeer zeker ook aan bijgedragen. Deze jongens hadden
de gang er goed in hangen. Hun swingende nummers kwamen in een moordend
tempo voorbij. |
___________________________________________________________
28 maart 2008 ___________________________________ Because
Girls Want It, Too! |
|
There’s a new kid in town! En ze draagt graag kousen en lippenstift! In België leerde ze te zingen als een merel en elk leeg plekje op de dansvloer te benutten om de show te stelen. Voortaan bericht Miss Lucy je vanaf deze plek over haar wederwaardigheden in Rockabilly Country. Een rubriek met een knipoog, steeds een nieuwe luistertip en de beste dress ‘n’ dance tips. Smakelijk! Nog niet verzadigd? Bezoek haar dan ook op misslucyscorner.blogspot.com. Spicy! They Say It’s Spring Hey Girls! It’s been a while, maar nu de lente zich roert, kan ook ik enige lentekriebels niet onderdrukken. Er staat weer een seizoen vol dansende voeten in fijne sandaaltjes en ruisende rokken voor de deur. En wie weet, een prille liefde? Zoals jullie misschien hebben gelezen in de rubriek Kort R&R Nieuws Nederland, zing ik sinds kort bovendien in een alleraardigst groepje: the Perennial Favorites. We richtten onszelf op ter gelegenheid van de 1e maart en toen die voorbij was vonden we dat zo jammer dat we besloten door te gaan. Binnenkort hebben we zodoende ons tweede optreden en ook hier heeft de lente een vinger in de pap want er komen meer optredens aan! It sure is nice to be in the spotlights again! (En om een reden te hebben voor nieuwe schoenen. Shhht!) Begin maart deden The Stolen Sweets uit de V.S. Nederland en België aan. Ondeugende liedjes uit het repertoire van Cab Calloway en fijne eigen composities om waanzinnig op uit je dak te gaan. Ik zag ze na hun optreden in Caddy’s Diner waar ze het dak eraf hadden gespeeld zo verzekerden ze ons. Jammer genoeg was er in het Perron niet genoeg plek om te dansen maar hun prachtige stemmen en gevatte teksten maakten een hoop goed. Ik kreeg alvast zin in meer! Ik was ook nog even op bezoek bij vrienden in België. In St. Niklaas speelde de Duitse groep King Khan. Oh My God! King Khan himself lijkt een reïncarnatie van James Brown gekruist met Mick Jagger. Voeg toe een portie flink hete rock ‘n’ roll en daar bovenop een show die je zelden ziet en je hebt ongeveer hun optreden. Het lijkt wel of iedereen de kolder in zijn kop heeft! Er zijn alvast genoeg mogelijkheden om het aan den lijve te gaan ondervinden, want het barst van de optredens de komende maanden. Ik maak alvast een balboekje, er zijn nog plekjes vrij! ;) Dan vertrouw ik jullie nu toe aan de zoekmachine, ‘cause there’s so much to do and so little time to do it! (We moeten tenslotte ook nog taarten bakken en sandwiches smeren voor de eerste picknick van het jaar…) Oh jah, en volgend weekend op naar Oosterhout alwaar de Paper Moon Theatre Company speelt! Looks like fun ‘n’ dancing to me! So dress up, grab your lover and go play, tigers! En terwijl je voor de spiegel staat luister je naar ‘Weekend’ van Eddie Cochran. Fun guaranteed! Sugar
coated kisses, ____________________________________________________ |
Amsterdam,
zaterdag 23 februari 2008 Vanavond
ga ik naar Marita’s Winter Barn-Dance waar het er volgens de flyer
“rockin’ rollin’ country style” aan toe moet
gaan. Normaal gesproken mijd ik alles wat enigszins naar “country”
riekt maar een mens moet z’n horizon verbreden. Trouwens, wie
denkt dat ik alleen naar rockabilly luister heeft het mis, maar dat
het mijn voorkeur heeft, steek ik niet onder stoelen of banken. Wat
ik vernomen heb, is dat het bij de Winter Barn-Dance een gezellige boel
is en dat is precies waar ik vanavond zin in heb! Eenmaal binnen, zit
het al aardig vol. Met een paar kunstgrepen en wat fantasie van jezelf
is het podium tot een boerenschuur omgetoverd. De nog jonge band Buzzinezzmen Of Rock & Roll warmt het publiek alvast op met nummers als het overbekende Susie-Q van Dale Hawkins die ze in een heel leuke uitvoering brengen. Minder bekend zijn Jeepster en Weary Blues Goodbye. Hoewel nog maar een jaar jong, bestaat de band uit louter, om maar in de sfeer van vanavond blijven, “doorgewinterde” muzikanten. Zij zullen ook de uit Canada afkomstige Ronnie Hayward begeleiden die later op de avond optreedt. Een logische keuze want zover ik weet, heeft in ieder geval drummer Jan al eens eerder met Ronnie Hayward samengespeeld.
Na het optreden van de Bizznizzmen of Rock & Roll is het eerst tijd
voor Charlie Roy & His Black Mountains Boys, een viermansformatie
uit België bekend van de Boppin’ Around CD Bop!, die het
piepjonge duo The Ukelele Girls muzikaal bijstaan. The Ukelele Girls
zeggen me helemaal niets maar als je ze eenmaal gezien en gehoord hebt,
zul je ze niet gauw meer vergeten. Eén van de Ukelele Girls is
amper twee turven hoog en ziet er wel héél jong uit. Hun
repertoire bestaat uit veel nummers van de bekende Collins Kids, aangevuld
met materiaal van o.a. Wanda Jackson. Verwacht geen muzikale hoogstandjes,
dat hoeft ook niet, het wordt ruimschoots gecompenseerd door hun ongedwongen
benadering hoe ze de nummers brengen. Verder oogt en klinkt het allemaal
heerlijk puur en fris. Ze brengen entertainment zoals dat ik nog niet
gezien heb! Als ik na de show wat meer van hun te weten wil komen, speelt
de taalbarrière ons parten. Ze komen uit Wallonië en dan
zijn de misverstanden niet van de lucht. Het is voor mij een hele prestatie
om al na een half uur ontfutseld te hebben dat de jongste dame negen
jaar is! Voor dit luttele feit moest er naast veel handen- en voetenwerk
ook nog eens pen en papier aan te pas komen. Ik zou met hun nog uren
door kunnen “babbelen” zonder ook maar iets wijzer te worden…
en zij van mij natuurlijk. Gelukkig is de taal van rock ‘n’
roll universeel en dat zit bij hun dus wel goed.
Iemand die de taal van rock ‘n’ roll toch ook machtig moet
zijn, is Ronnie Hayward. Hoewel ik zijn materiaal niet echt ken, is
naar men zegt zijn muziek op “roots” gebaseerd en moet rockabilly
hem ook niet vreemd zijn. Mijn verwachtingen zijn dan ook aardig hoog
gespannen als hij samen met (een deel van) de Bizznizzmen Of Rock &
Roll opkomt. Ronnie Hayward is getooid met cowboyhoed en contrabas.
Dat hij vroeger bokser is geweest, is goed te zien want hij mist een
tand. Dit valt meteen op want het is precies op de plek waar hij met
zijn bovenlip trekt. Misschien heeft hij dat laatste ook wel van het
boksen overgehouden. Het eerste nummer is mij onbekend maar het klinkt
in ieder geval goed. Mijn hoop wordt bij het tweede nummer (iets met
Ninety Miles of zo…) om zeep geholpen, het is gewoon uitermate
saai. Praten en roken tussendoor doet hij ook graag. Misschien is het
praten wel een excuus om te kunnen roken. Zo vertelt hij dat zijn moeder
in de jaren veertig countryzangeres was en hem het volgende nummer leerde
toen hij negen was. Dat was dan vergeefse moeite want van dat nummers
word ik niet vrolijk. Wat voor Ronnie misschien een mooie jeugdherinnering
is dat wil ik zo vlug mogelijk vergeten! Naast contrabas, speelt hij
ook op akoestische gitaar vanavond. Verder zijn de nummers niet echt
mijn smaak, weinig up-tempo. Er gebeuren geen interessante dingen behalve
op één nummer na: bij I’m Gonna Get It On (ik hoop
dat ik de titel correct heb) zit hij weer op het juiste spoor voor mij.
Het zal misschien wel aan mij gelegen hebben, maar ik kon weinig “roots”
in zijn nummers herkennen. Niet in “my league” dus, die
Ronnie Hayward. Ik moet gelijk aan Wayne Hancock denken, ook zo’n
“rootsrakker” die ik één keer live heb horen
spelen. Van hem had ik ook zulke hoge verwachtingen vooral omdat hij
zo razend populair is en dat kan toch niet voor niets zijn, toch? Ik
moest dat dan ook maar eens meemaken. Nou, dat heb ik geweten: een avondje
bingo spelen is duizend keer spannender! |
Oss,
zaterdag 16 februari 2008 Ongeveer
1 maand geleden was voor een uniek en eenmalig optreden de Amerikaanse
zanger Chris Montez in Nederland om samen met de veelzijdige Nederlandse
R&R-formatie The Explosion Rockets te zorgen voor een spetterend
en onvergetelijk optreden. Ik vond Let’s Dance altijd al een heel
gaaf nummer heb daar altijd veel op geswingd en leerde door de aanschaf
van een CD met zijn jaren ’60 muziek en een elpee met zijn latere
werk de artiest en zijn muziek beter kennen.
Als
tweede act stonden William Smulders en Toon “Saxotone” Meijer
op het programma. Dit talentvolle duo bestaande uit William Smulders
op gitaar en Toon Meijer op sax bracht in alle muzikale eenvoud een
heel leuk programma ten gehore met swingend werk als Tequilla, Mr. Sandman,
een aparte uitvoering om op deze manier te horen van Jambalaya, Rocco
Granata’s Marina, Bei Mis Bist Du Schön en gave uitvoeringen
van Johnny Cash’s Folsom Prison Blues, Hello Josephine van Fats
Domino en If I Had A Hammer van Trini Lopez. Dit duo bracht een groot
deel van haar set tussen het publiek ten gehore, waardoor de band in
haar eenvoud de vonk naar het publiek kon laten overspringen. De sound
met een apart versterkte gitaar was heel vol en dat is opvallend voor
een duo.
Onze
eerste vraag was: Wie zijn naast Ritchie Valens uw grootse invloeden? Ook heeft zijn ontmoeting met Ritchie Valens in de jaren ’50 er voor gezorgd dat hij voldoende inspiratie had om geld te sparen en later nummers te gaan opnemen. Opvallend is dat zowel de invloed van Ritchie Valens doorklinkt op het rustige werk van Chris Montez, zoals Tell Me (It’s Not Over) (sterk door de ballad Donna van Ritchie Valens beïnvloed) en In A English Town (is In A Turkish Town van Ritchie Valens en dat staat er dan ook tussen haakjes achter) en de ballads It Takes Two, All You Had To Do (Was Tell Me) en Love Me, maar ook op zijn up tempo werk, zoals No!No!No! (zeer duidelijke invloed van Ritchie Valens La Bamba) en Say You’ll Marry Me (hoor je duidelijk C’Mon Let’s Go van Ritchie Valens in door). Andere invloeden die Chris aangaf waren Chuck Berry - omdat Chris helemaal weg was van zijn gitaarspel en natuurlijk ook zo gitaar wilde leren spelen - en harmony zang. Van dat laatste zou ik The Everly Brothers willen noemen, zoals b.v. de samenzang met Kathy Young klinkt op de ballad It Takes Two. De stemmen van Chris en Kathy lijkt behoorlijk op de samenzang van The Everly Brothers. Echter misschien is ook wel de samenzang van The Beach Boys als vocale invloed te noemen, want als je luistert naar I Ran klinkt daar ook de invloed van The Beach Boys door in de zang. Andere invloeden die ik terug hoor in zijn muziek zijn Trini Lopez (Let’s Do The Limbo), The Beatles’ Twist & Shout (op Chris’ My Baby Loves To Dance) en beat op He’s Been Leading You On. Hoe
bent u met muziek in aanraking gekomen? Ik
heb ergens gelezen dat u bevriend was met The Beach Boys’ Denis
en Brian Wilson. Heeft u ook muziek met hen gemaakt? B.A.:
Hoe was het om in dezelfde show te zitten als The Beatles? Wat
vind u van de uitvoeringen van Let’s Dance door The Tremeloes? Wat
is het verschil tussen het optreden in Amerika en Europa en tussen het
Amerikaanse en Europese publiek? Wat
vind u van de begeleiding door The Explosion Rockets? B.A.:
Hoe komt het dat het na de opnamen voor Monogram zo lang duurde dat
er weer een plaat van uw uitkwam? Hoe
kwam het contact met Herb Albert van A&M Records tot stand? Met dank aan Chris Montez voor zijn meer dan bereidwillige medewerking en tevens Bert Bossink en Jeroen van Aernsbergen voor alle hulp bij het interview. Voor nog meer informatie over dit unieke optreden en heel veel informatie over Chris Montez en andere artiesten uit o.a. de jaren ’50 en ‘60 verwijs ik jullie naar de zeer uitgebreide site van Bert Bossink via www.bertbossink.nl |
Merksem
(B), 3 februari 2008 |
Breda,
zaterdag 12 januari 2008 Als bij de Boppin’ Around redactie de uitnodiging komt om de CD-presentatie van de Cactus Cowboys bij te wonen, hoef ik me géén twee keer te bedenken. Ik zorg dat ik er bij ben! Als ik de luxueuze nachtclub nader waar het vanavond allemaal gaat gebeuren, zie ik dat het vol staat met mensen die buiten in de kou op de aankomst van de Cactus Cowboys staan te wachten. Ik parkeer mijn auto in de buurt en loop op een, bemerk in nu, hysterische menigte af. Met veel wringen kan ik me een plaatsje vooraan bij de afzetting van de rode loper naar de ingang van de club bemachtigen. Het duurt nog zeker vijftien minuten voordat er een stretchted limo statig aan komt rijden en met de achterste deur precies voor de rode loper stopt. Als de deur wordt geopend komen er eerst een paar schaars geklede dames uit en pas als zij met hun half gevulde champagneglazen naar binnen zijn gevlucht, laat Cowboy Eric zich zien. De brede grijns op zijn gezicht bevestigt mijn vermoeden wat er zich in de limo kort ervoor moet hebben afgespeeld. Zware gouden kettingen hangen rond zijn nek en aan elke vinger siert minsten één opzichtige ring. Het publiek juicht luidkeels als hij zijn hand opsteekt en iedereen groetend, langzaam over de rode loper naar binnen loopt. Intussen flitsen vele camera´s er op los voor het beste shot. Als de eerste limousine is weggereden, stopt er een tweede voor de rode loper. Twee negerinnen stappen uit en trekken Cowboy Richard met zich mee. Terwijl de één haastig een grote zonnebril op Richard’s neus drukt, grist de ander de bierfles uit Richard’s hand, zet die gulzig aan haar mond, neemt er nog een laatste slok uit en gooit de fles door de deuropening terug de auto in. Met zijn armen hangend over hun schouders strompelt Richard over de loper naar de ingang terwijl vrouwelijke fans met uitgestoken handen zijn naam krijsen… Ja mensen, zo zou het die avond gegaan kunnen zijn aangezien de roem en status van de Cactus Cowboys grote hoogten heeft bereikt, je kunt je dan van alles kunnen permitteren... Cowboys Richard, Mark en Eric Maar niets is minder waar want de Cactus Cowboys zijn gewone jongens gebleven. Hun roots liggen immers in de ...uhm…tja, bij een naam als de Cactus Cowboys liggen die in de grond natuurlijk. Dus géén luxueuze club, géén limo’s, géén nepvrienden en -vriendinnen zolang het geld rolt. Nee, voor de presentatie van hun tweede CD Rauw Bier getiteld, zoeken ze het liever in het Bierreclamemuseum annex café van Jan en Lenny in Breda. Hier voel je je meteen thuis: een gewone kapstok bij de ingang, een tap, een paar jukeboxen en overal waar je maar kunt kijken reclameborden, het resultaat van een uit de hand gelopen hobby. Cowboy Richard en Eric zijn al binnen natuurlijk om iedereen te ontvangen en het duurt niet lang of het zit goed vol. Ik kan mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en bekijk alvast één van de nieuwe CD’s die in een doos op het podium staan uitgestald. Prima hoesje, goed fotowerk! De cover doet denken aan hun nummer Geesten In De Fles van hun eerste CD Bier, Bier, Bier. Goede vondst: het zilveren schijfje is bedrukt met de print van één van hun gigantische sombrero’s. Het concept is hetzelfde: ook nu weer twaalf nummers, bekende (maar vaak vergeten) nummers voorzien van een (bijna allemaal) eigen Nederlands tekst. Omdat ze alles een aantal versnellingen hoger spelen, zit je soms je hersens te pijnigen hoe het originele nummer ook alweer heette en wie dat uitvoerde. Bij Valse Bajes is dat een makkie want niet alleen de titel verwijst naar het origineel maar in het rock ‘n’ roll wereldje word je tegenwoordig doodgegooid met Folsom Prison-covers van Johnny Cash. Het hoeft geen betoog dat de uitvoering van de Cactus Cowboys onvergelijkbaar is! Ook Bier In Mijn Bongo’s herken je direct als Quantanamera (of zoiets) maar wie zong dat toen eigenlijk? Dat beide heren grote fans zijn van Van Kooten en De Bie blijkt uit twee nummers die er van hen op de CD staan: Mijn God en Rozen, Rumbonen en Rode Wijn. Het “Pa Wil Niet In Bad” is ook zo’n typisch vergeten nummer dat iedereen wel herkent als het gespeeld wordt. Cactus Cowboys in actie! Tijd voor actie: Eric en Richard hebben hun werktenue aangetrokken: vlammende klompen, hawaï-shirts en lederhosen, de sombrero’s laten ze nog even voor wat ze zijn. Richard aan de staande bas en Eric op banjo met ingebouwde lichtshow. Derde “Cowboy” vanavond is Mark Eeftens die midden op het slagveld (drums) plaatsneemt. Ze starten met het nummer “Cactus Cowboys” van hun eerste CD, een goede binnenkomer waarmee ze zich zelf aan het publiek introduceren en met dit nummer is de toon voor de rest van de avond gezet! Bij het nummer “Snelle Cornelus” (Speedy Gonzalez van Pat Boone) wordt de hulp ingeroepen van Sharon. Zij heeft er wel zin in en had het verzoek wel aan haar bierwater aangevoeld aangezien ze haar kledij perfect op de avond heeft afgestemd. Met cowboyhoed, een opgeknoopte, geruite blouse en daaronder blauwe jeans met laarzen stapt ze het podium op om de ijselijke kreet van “een mooi jong meiske” (de vrije vertaling van de “young mexican girl”) te evenaren. Ook dit nummer kennen we al van hun eerste CD. Het duurt een hele tijd voordat ze eens iets van hun nieuwe CD brengen, het wordt: “Geen Bier, Geen Borrel, Geen Wijn”. Op een gegeven moment is het tijd om de feestvreugde nog wat te verhogen: feesthoedjes en –petjes worden door Steffi uitgedeeld. Voor “Bier In Mijn Bongo’s” van de nieuwe CD worden weer hulptroepen opgetrommeld: Janneke komt de Cowboys met accordeon versterken om de uitgelaten kudde in bedwang te houden want na ieder nummer loeien we steeds om méér. Jeroen (nee, de andere Jeroen) mag de bongo’s bespelen. Hij heeft kennelijk een verdachte reputatie opgebouwd want aan het eind van het nummer schreeuwt men “Broek uit!”. Eric smeekt hem dat toch vooral niet te doen en heeft hiervoor wel een goed argument: “De laatste keer dat je je broek uittrok, was ik een week blind!”. Omdat er niet naar de tijd wordt gekeken en de setlist al lang afgewerkt is, horen we nummers twee keer voorbijkomen. Vreemd eigenlijk als je bedenkt dat ze nog niet alle (toch maar 12) nummers van hun nieuwe CD gespeeld hebben. Wel hoor ik nummers die op géén van beide CD's staan zoals het “7000 Koeien”. Maar ja, een kniesoor die zich daar aan stoort want de sfeer is opperbest, zeker als er ook nog gratis consumptiebonnen worden uitgedeeld en er hapjes worden geserveerd. Als uiteindelijk Eric er mee wil stoppen, weet Richard het einde toch nog met een aantal nummers te rekken totdat ze allebei uitgespeeld zijn. Het mag duidelijk zijn, wie op zoek is naar authentieke rock ‘n’ roll zijn bij de Cactus Cowboys aan het verkeerde adres, wie op zoek is naar een avondje simpel, onbekommerd rock ’n’ roll entertainment des te meer. Op mij werkt de muziek van de Cactus Cowboys dan ook gewoon aanstekelijk! Zie website: www.cactuscowboys.nl
|
Amsterdam,
zaterdag 5 januari 2008 (omdat we chronologisch plaatsen, maar de verslagen niet chronologisch binnenkrijgen kun je het verslag van het 25-jarig bestaan van The Cruise-Inn hier lezen!) De laatste keer dat ik naar de Cruise Inn wilde was met de X-Mas party. Door het uitgegeven weeralarm met al vroeg in de avond spekgladde wegen, besloot ik op het laatste moment niet te gaan. Achteraf viel alles reuze mee en was er geen reden geweest om niet te gaan. Vals alarm dus, meer een slippartijtje van de weersvoorspellers dus, maar het kwaad was al geschied: de X-Mas party van de Cruise Inn viel zodoende in duigen. Dit gaan we in het nieuwe jaar maar eens snel goedmaken, op dus naar de New Year´s Party met een optreden van de uit Portugal afkomstige Ruby Ann en de Amerikaan Eddie Clendening. Bij binnenkomst krijgt ieder een feestelijk drankje aangeboden en zie ik dat er veel moeite is gedaan om de Cruise Inn in een 'winterwonderland' om te toveren: kerstbomen, lichtjes, sneeuwmannen, alles is er voor uit de kast gehaald. Ruby Ann met haar indrukwekkende stem ken ik natuurlijk net als velen van jullie van haar groep de Boppin´ Boozers maar de naam Eddie Clendening doet bij mij geen kerstbelletje rinkelen… pas later op de avond wordt me de combinatie duidelijk. Op het podium zie ik nog een onbekend gezicht, de drummer van vanavond zou afkomstig zijn van de Detroitse band de Hi-Q´s. De met zijn instrument vergroeide bassist daarentegen herken ik zelfs met m’n ogen dicht en is uit ons platte landje afkomstig: de immer relaxte Huib Moor (van o.a. Hillbilly Stringpickers). Ruby Ann heeft voor deze New Year´s Party haar rockabilly blue jeans thuisgelaten en zich in een strapless jurkje met luipaardprint gehesen. Zo heb ik haar nog nooit gezien. Zij bijt de spits af en doet dat met een repertoire dat ik van haar niet gewend ben, haar stem klinkt nog als vanouds, een genot om naar te luisteren, ook omdat ze ieder nummer perfect aanvoelt. Rauw en stampend heb ik het niet zien worden zoals ik ze me nog goed kan herinneren met haar Boppin’Boozers maar daar was het repertoire vanavond ook niet naar maar met bijvoorbeeld Fuyimama Mama, Razzle Dazzle en Hoy Hoy van haar favoriete band The Collins Kids worden toch de nodige potten gebroken. Haar optreden duurde voor iedereen dan ook véél en véél te kort. Na een pauze kunnen we Eddie Clendening aan het werk zien. Hoewel hij voor mij zoals eerder gezegd geheel onbekend is, weet hij zich met interessante muzikanten te omringen, zo heeft al het een en ander gedaan met Deke Dickerson en daar kun je als artiest volgens mij best trots op zijn. Naarmate de avond vordert, is het duidelijk dat hij als muzikant de nodige kwaliteiten beschikt. Hij is niet alleen breed georiënteerd maar hij kan ook nog eens talloze nummers uit het hoofdspelen. Ik heb nummers gehoord van Hank Williams, Johnny Horton, Johnny Burnette, Johnny Cash (géén commentaar) en Eddie Bond om maar eens wat namen te noemen. Jammer was dat er te veel geïmproviseerd moest worden doordat er kennelijk géén tijd was om wat te oefenen en hoewel Eddie heel veel nummers in z’n hoofd heeft zitten (hij vroeg ook constant aan het publiek welk nummer we wilden horen) kwam niet altijd alles even vlot uit z’n geheugen en haperde het hier en daar wel eens. Op zich allemaal niet zo’n ramp maar op een gegeven moment ging het te lang duren. Veel liever hadden we dan nog een keer Ruby Ann op het podium gehad en waarom dat niet gebeurde is mij een raadsel want Eddie en Ruby blijken getrouwd te zijn… en jawel, in Las Vegas gaven zij elkaar het ja-woord. Op een gegeven moment zat iedereen op de DJ te wachten om zich op de dansvloer uit te kunnen leven maar Eddie speelde maar door en speelde maar door en… speelde maar door. Doordat er te veel geïmproviseerd moest worden duurde het te lang en wist hij het publiek niet meer te boeien. Toen hij er mee ophield waren velen al naar huis gegaan. Jammer, want op het eind van deze New Year´s Party had hij samen met Ruby nog wel voor wat muzikaaal vuurwerk kunnen zorgen… |
Geel
(B), zaterdag 5 januari 2007 Ja,
sommige mensen zijn zo gek om hun festival te organiseren de eerste
week van januari. Ik bedoel maar: als de weergoden een beetje tegenwerken
geraken noch bands noch publiek ter plaatse. Maar als je hardnekkig
genoeg volhoudt, bouw je je eigen vast publiek op, en dat was in grote
getale present voor de Monster Mash in Geel, een van die festivals die
alle mogelijke soorten rock 'n' roll kris kras door mekaar programmeert
zonder zich daarbij één reet aan te trekken van hokjes
of subgenres. Het resultaat was een bijzonder kleurrijk publiek rockers,
psychos, punks en skinheads. Eén band ontbrak: Hillbilly Moon
Explosion uit Zwitserland bleek vervangen door Chip Hanna & The
Berlin Three uit Duitsland. Mij maakte het niet uit, aangezien ik geen
van beide ken. Voorts bleek ook hier het algemeen rookverbod ingevoerd
: om te roken moest je naar buiten, alleen mocht je biertje dan weer
niet mee naar buiten. We werden verscheurd tussen twee werelden.
|
Kerkrade,
vrijdag 7 december 2007 Koukleumend stonden duizenden mensen op die bewuste vrijdagavond te wachten, totdat de deuren van de Rodahal open gingen. Ik was bewust wat later gegaan in de hoop direct door te kunnen lopen. Helaas. Ik mocht me het gezeur aanhoren van ander wachtenden, die de organisatie slecht vonden of zelfs helemaal geen Shuman & Angel-Eye fan waren en alleen geïnteresseerd waren in het gratis kerstpakket, dat na afloop aan de bezoekers zou worden uitgereikt. Tja, als je het hebt over zelfpijniging... We hebben het dan over de groots opgezette kersttour van Shuman & Angel-Eye in samenwerking met kruideniersketen Jan Linders. De mensen konden in de (te) beperkte tijd van de actie, zegeltjes sparen om vervolgens daarmee een kaart te vullen, dat dan recht gaf op “gratis” toegang en een kerstpakket. Op zich een prima actie, van de artiesten en de winkelketen uit bezien. Maar goed, wie Shuman & Angel-Eye kent, weet dat ze niets aan het toeval overlaten en dat hun shows perfect moeten zijn en een toonbeeld van vakmanschap. Dus ik was met een zeker verwachtingspatroon naar deze kerstshow gegaan. Na dik een half uur genoten te hebben van de Kerkraadse kou, mocht ik eindelijk met “verijsde voetjes” aan een lieftallige medewerkster mijn toegangskaartje (met streepjescode) laten inscannen en hoera, we waren in een hartverwarmende omgeving, zoals later zou blijken. Om 20.30 uur mocht een breed publiek, van piepjong tot stokoud en van superchique tot eenvoudig snel-snel aangedane T-shirt liefhebbers, het reclame-gebreuzel van een filiaalleider van Jan Linders Brunssum beluisteren, die daarmee de Rockin’ Around The Christmas Tree tour-tussenstop in Kerkrade opende. Ach ja, it’s all in the game en gelukkig tot een minimum beperkt. De goede man liet ons weten dat er 2500 zielen de weg naar het Kerkraadse gevonden hadden. Aangezien we hier in het uiterste zuiden van Nederland zitten aan de Duitse grens, is het des te lovenswaardiger dat Shuman & Angel-Eye hun gevoel voor locale cultuur lieten blijken door de toespraken in het dialect te doen (de voorafgaande vraag of iemand het dialect niet zou verstaan werd namelijk met een stilzwijgen beantwoord). Niet in het dialect, maar wel in het Engels was het repertoire dat ons ten deel viel die avond. Opener, hun eigen pennenvruchtje Every Day Christmas, liet ons genieten van Angela op tamboerijn (zonder slagvel), René op zijn Gretsch Falcon gitaar bijgestaan door hun eigen band. Meteen viel wel al op, dat de stem van René harder was dan die van Angela (een euvel dat zich helaas ook al tijdens de Elvis Memorial in augustus 2007 manifesteerde). Jammer, daardoor kwam Angela minder goed tot haar recht, voor mijn gevoel… en het is toch een duo? Daarna konden we uit volle borst meezingen met Winter Wonderland, maar niet lang. Want tijdens het nummer viel het geluid weg. De crime voor elke artiest! Terwijl René en Angela zich discreet terugtrokken, zong het publiek lustig verder (teken van sportiviteit en dat de sfeer er al behoorlijk in zat). Na de noodgedwongen korte onderbreking kwamen ze weer terug en vervolgden, alsof er niets gebeurd was, deze Amerikaanse kerstkraker, om daarna op de melancholische tour te gaan in I’ll Be Home For Christmas met René op zang. Aangezien de laatste jaren geen witte vlokjes meer neerdwarrelen in Nederland, laten we de kerstman, die extra voor die tour een ‘dealtje’ heeft gemaakt met René & Angela en het publiek tussendoor opvrolijkte met toverkunstjes, de slagroep slaken voor een witte kerst: Ho! Ho! Ho! Let It Snow, Let It Snow! Door deze wisselwerking tussen kerstman en publiek (dat echter wat langdradig werd naarmate de avond vorderde) voelde ik me weer even in de tijd dat ik nog naar de poppenkast van Jan Klaassen keek en we ook als publiek flink meededen. Heerlijk. Niet alleen de kerstman, maar uiteraard ook Shuman & Angel-Eye, zoals we dat van hen gewend zijn betrokken het publiek bij hun nummers en zo hoefden ze ook Blue Christmas niet alleen te zingen. Een ander kerstmatig “inkoppertje” was natuurlijk het van Elvis bekende If Everyday Was Like Christmas, dat werkelijk een prachtige versie was en ook dito veel applaus opleverde. Zoals het het duo betaamt, wisselen ze hun show af met gimmicks. Het publiek mocht zich vergapen aan het ‘humo-sentimentele’ verhaal over een verdwaalde duif (hoe toepasselijk toch in deze bezinnelijke tijd van vrede (wat de essentie van kerst immers is) en wetende dat René en Angela beschermheren c.q. ambassadeurs van de dierenbescherming zijn), waarna de kerstman een duif uit “de hoge hoed” (ballon) toverde. It’s jingle bells time: Jingle Bells Rock! En dat nummer luidde quasi het einde van de “kerstset” en het begin van de rock 'n' roll/ Elvis-set in, ook al werd erna nog een enkel kerstnummer gespeeld. Het was duidelijk: Shuman & Angel-Eye wilden zich met de kerstshow tevens aan de niet S&A-fans muzikaal presenteren/ voorstellen. Dus speelden ze nummers uit hun geijkte repertoire, zoals Always On My Mind, Great Balls Of Fire, Blue Suede Shoes (voor de gelegenheid omgetoverd in Blue Christmas Shoes)/Devil In Disguise, met een mijmering van het duo aan hun geslaagde Elvis Memorial op 16 augustus 2007 in Valkenburg dat door 7500 mensen werd gadegeslagen en destijds voor verkeerschaos zorgde. Dan een intermezzo over een rendier. Nog even werd de kersttijd teruggehaald met Rudolf The Red Nosed Reindeer, waarop Angela zong en Jingele Bells. Het publiek vermaakte zich kostelijk en zorgde door haar muzikale bijdrage, aangespoord door het duo, voor een gezellige “besloten” sfeer in de toch grote Rodahal. What I’d Say? (zou ook de uitspraak van een doorgewinterde S&A fan kunnen zijn geweest aan een niet-fan over de goed in elkaar gedraaide show). Na
de pauze had Santa Claus weer wat tovertrucjes voor ons paraat. Een
inleiding naar de themasong van S&A’s traditionele rock 'n'
roll-show: Let’s Have A Party! De kaarsjes en vuursterretjes deden
hun sfeervolle werk in de handen van honderden aanwezigen tijdens het
sentimentele nummer The Wonder Of You van Ray “Tell Laura I Love
Her” Peterson (later door Elvis tot hit gemaakt). Wederom goochelde
mister Ho! Ho! Ho! erop los en werd muzikaal opgevolgd door het bezinnelijke
In The Ghetto. Op de party-tour met de medley Let’s Twist Again/Do
You Wanna Dance/Let’s Dance met een jongedame uit het publiek,
die zich blijkbaar ‘on stage’ thuisvoelde, al twistend op
het podium. Ze kreeg voor haar bijdrage een DVD van het duo. Lekker
melancholisch wegzwijmelen met René en Angela op het houten bankje
voor het Tiroler huisje op het podium, beiden zichzelf begeleidend op
elektro-akoestische gitaren: Let It Be/Bye Bye Love (als een ode aan
de Everly Brothers), Mr. Sandman (doet het na al die decennia, tussentijds
in de early 80’s revived, nog steeds goed) en de kersttraditional
Silent Night met een groene laserstraal door de zaal heen schijnend,
deden de kerstshow uitklinken. Toegift is tijdens de shows van S&A
al bijna net zo standaard als de entreekaartjes. It’s Now Or Never
schalde door de hal om vervolgens het publiek in extase te brengen met
Johnny B. Goode (met Go! Santa Go! lyrics). Een geëmotioneerde
Angela liet ons even de showmensen Shuman & Angel-Eye vergeten en
de “mens achter de muzikant” ontwaren. Het waren traantjes
van geluk, de show was geslaagd: we’ve got it! Hoe toepasselijker
was dan ook de titel: I Can’t Help Falling In Love. Die avond
had René eens een keer concurrentie van het publiek. Angela hield
van het publiek. René trouwens ook, maar toonde dat in zijn overgave,
waarmee hij zong/speelde tijdens Suspicious Minds en White Christmas.
Na deze afsluiter van de dik twee uur durende kerstshow liep het storm
bij het handtekeningentafeltje. En niet alleen daar liep het storm,
daarna eveneens bij de twee grote vrachtwagens van Jan Linders die buiten
de ingang van de Rodahal stonden en waar de mensen zich verdrongen alsof
er voedselpakketten werden uitgedeeld. In die pakketten zat, naast de
gebruikelijke verteringsproducten en producten die je maar beter niet
kunt nuttigen, ook een CD-single van René Shuman & Angel-Eye
met twee eigen songs: Everyday Christmas en The Night Comes To An End
plus nog een songboekje op glanzend papier met de lyrics (liedjesteksten)
van een aantal kerstsongs. Goed verzorgd. |
Antwerpen-Borgerhout
(B), zondag 25 november 2007
|